Muziek theorie Brugklas

Muziektheorie
1 / 24
next
Slide 1: Slide
MuziekMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Muziektheorie

Slide 1 - Slide


Een compositie is een:
A
Muziekstuk
B
Refrein
C
Stukje muziek van een paar noten
D
Stuk muziek van 4 maten

Slide 2 - Quiz


Een thema is een
A
Stuk muziek van 4 maten
B
Lang stuk muziek
C
Stuk muziek van 12 maten
D
Herkenbare melodie die vaak in een compositie terug komt

Slide 3 - Quiz


Dynamiek zegt iets over...
A
De snelheid van de muziek
B
Hoeveel instrumenten er spelen
C
De lengte van noten
D
Hoe hard of hoe zacht muziek klinkt

Slide 4 - Quiz



Hoe heet dit teken?
A
F sleutel
B
G sleutel
C
Bassleutel
D
Vioolsleutel

Slide 5 - Quiz


Een motief is een...
A
Muziekstuk
B
Heel lang stuk muziek
C
Lange melodie
D
Korte herkenbare melodie

Slide 6 - Quiz


Tempo zegt iets over...
A
Hoe snel of hoe langzaam muziek klinkt
B
Hoe hard of hoe zacht muziek klinkt
C
Hoe hoog en laag er wordt gespeeld
D
Toonhoogte

Slide 7 - Quiz


Een melodie bestaat altijd uit:
A
Korte en lange noten
B
Korte noten
C
Lage noten
D
Hoge en lage noten

Slide 8 - Quiz


Bij een herhaling wordt er...
A
Exact hetzelfde gespeeld
B
Net iets anders gespeeld
C
Een grote verandering gespeeld
D
Iets heel anders gespeeld

Slide 9 - Quiz


Bij een contrast wordt er...
A
Hetzelfde gespeeld
B
Een kleine verandering gespeeld
C
Bijna hetzelfde gespeeld
D
Iets heel anders gespeeld

Slide 10 - Quiz


Wat is juist?
A
Een ritme en melodie kun je beide zingen.
B
Een ritme kun je klappen, een melodie kun je zingen.
C
Een ritme en melodie kun je beide klappen.
D
Een ritme kun je zingen, een melodie kun je klappen.

Slide 11 - Quiz


Wat is juist?
A
Een kwartnoot duurt 1 tel
B
Een achtste noot duurt drie tellen
C
Een achtste rust duurt 6 tellen
D
Een kwart rust duurt 4 tellen

Slide 12 - Quiz


Welk deel van een lied wordt herhaald met dezelfde melodie en tekst?
A
Couplet
B
Refrein
C
Bridge
D
Intro

Slide 13 - Quiz


Wat is juist?
A
Een bridge komt meerdere keren voor
B
Een refrein komt maar een keer voor
C
Een outro is aan het eind van een nummer
D
Een tussenspel is altijd na het refrein

Slide 14 - Quiz


Een couplet heeft:
A
Dezelfde tekst, andere melodie
B
Dezelfde melodie, andere tekst
C
Dezelfde tekst en melodie
D
Andere tekst en andere melodie

Slide 15 - Quiz


Wat is juist?
A
Een refrein wordt meerdere keren herhaald met een andere tekst
B
Een refrein wordt meerdere keren herhaald en heeft dezelfde tekst
C
Een couplet heeft altijd dezelfde tekst
D
Een intro is altijd instrumentaal

Slide 16 - Quiz

Is deze melodie stijgend of dalend?
A
Stijgend
B
Dalend

Slide 17 - Quiz


Hoe heet het begin van een lied meestal?
A
Begeleiding
B
Intro
C
Bridge
D
Refrein

Slide 18 - Quiz

Wat is improviseren?

Slide 19 - Open question


Hoe lang duurt deze noot?
A
2 tellen
B
1 tel
C
0.5 tel
D
4 tellen

Slide 20 - Quiz


Hoe lang duurt deze rust?
A
4 tellen
B
een halve tel
C
2 tellen
D
16 tellen

Slide 21 - Quiz


De eerste 2 noten duren samen:
A
1/2 tel
B
1 tel
C
2 tellen
D
1/4 tel

Slide 22 - Quiz


Hoe heet de derde noot?
A
Hele noot
B
Halve noot
C
Kwart noot
D
Achtste noot

Slide 23 - Quiz


Welke rust zie je hier?
A
Zestiende rust
B
Achtste rust
C
Kwartrust
D
Halve rust

Slide 24 - Quiz