2.4/2.9 (Online)

welkom!
  • Zet je biologiespullen op tafel

  • zitten volgens de plattegrond

  • raadsel: Als ik jong ben, ben ik lang. Als ik oud ben, ben ik kort. Rara, wat ben ik?
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

welkom!
  • Zet je biologiespullen op tafel

  • zitten volgens de plattegrond

  • raadsel: Als ik jong ben, ben ik lang. Als ik oud ben, ben ik kort. Rara, wat ben ik?

Slide 1 - Slide

De celkern
absentie/hw controle
herhaling 
nieuwe uitleg
hw maken
Afsluiten

Slide 2 - Slide

Deze les
  • Leerdoelen
  • Openingsfilmpje
  • Opdrachten
  • Afsluiting

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
Je kunt de kenmerken van chromosomen noemen.


Van een baby wordt weleens gezegd: ‘hij lijkt op zijn vader’ of ‘ze heeft de ogen van haar moeder’. Een kind erft eigenschappen van zijn ouders.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

cellen
Cellen worden aangestuurd 
door de celkern
het regelcentrum

Slide 7 - Slide

Chromosomen
In de celkern van mensen zitten 46 chromosomen. Hierop staat de informatie over jou. Een deel van je vader, een deel van je moeder. 
Chromosomen kun je niet zien, behalve als een cel zich gaat delen. Dan worden de chromosomen korter en dikker. Je kunt ze dan zien onder een microscoop.

Slide 8 - Slide

Bouw van DNA
  • Een chromosoom bestaat uit 
een lange wenteltrap: het DNA

  • Hierop staat informatie over 
jouw eigenschappen. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Welke eigenschappen je precies krijgt in je leven, heeft niet alleen te maken met je DNA. Ook je omgeving en je leefwijze hebben invloed. Hoe lang je wordt, heeft bijvoorbeeld ook te maken met wat je eet.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Evaluatie
Welke eigenschap zit in jouw familie?

Slide 15 - Slide

Erfelijke eigenschappen
Niet-erfelijke eigenschappen
Behaarde stengel van een plant
Plantenbladeren die slap hangen
Plantenbladeren met stekels
Een wipneus
Het zware lichaam van een sumoworstelaar
Kort haar
Bruine ogen
Krullend haar vanaf de geborte
Een extreem gespierd lichaam
Een litteken
Neus piercing
Rode bloemen van een plant

Slide 16 - Drag question

Wat voor cellen zijn dit?
A
Plantaardige cellen
B
Dierlijke cellen

Slide 17 - Quiz

Wat hebben plantaardige cellen dat dierlijke cellen niet hebben?
A
celkern
B
celwand
C
bladgroenkorrels
D
cytoplasma

Slide 18 - Quiz

Opdrachten 2.4
Kader=  2,4 opdracht 1 tm 7 (3 overslaan)

BASIS= 2.9  opdr 1 tm 4)

Slide 19 - Slide