This lesson contains 20 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 40 min
Items in this lesson
H2 Cultuur van de kerk: Kloosters
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
"Christus draagt het kruis", detail van een beschilderde balk in Catalonië (ca. 1200-1220)
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Vanaf de late Middeleeuwen ontstaat de behoefte om de passie, oftewel het verhaal van het lijden van Christus, te herdenken en te beleven. Dit gebeurt in Passiespelen, waarin het verhaal wordt nagespeeld.
In de vijftiende eeuw wordt ook het lopen van de kruisweg populair. Hierbij lopen de gelovigen achter elkaar, in processie, langs uitgebeelde momenten van het lijdensverhaal.
Slide 5 - Slide
Waarom waren en zijn passiespelen en kruiswegprocessies nog
steeds populair, denk je?
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
2.1 Kloosters
Slide 8 - Slide
Rond het jaar 1000 zijn er veel kloosters en burchten in Europa. Deze geloofs- en woongemeenschappen liggen ver uit elkaar en zijn zelfvoorzienend. De sociale orde is als volgt:
De laagste klasse zijn de laboratores. Dat zijn de werkenden. Zij werken voor de twee andere standen.
De tweede klasse zijn de bellatores. Dat zijn de landeigenaren en ridders. Ze hoeven niet te werken, maar alleen hun grondgebied te verdedigen.
De derde klasse zijn de oratores. De bidders die namens iedereen God loven met zang en gebed.
Slide 9 - Slide
Timpaan met voorstelling van Het Laatste Oordeel. Sainte Foy, Conques, Frankrijk (elfde eeuw)
Slide 10 - Slide
Detail laatste oordeel
Slide 11 - Slide
Het Christelijke geloof leert dat de doden en levenden na het 'einde ter tijden' voor God zullen verschijnen voor hun laatste oordeel.
De goede mensen komen in de hemel en de rest in de hel of het vagevuur.
Het vagevuur is de plek waar gelovigen na hun dood terechtkomen als hun ziel, vanwege tijdens hun leven begane zonden, nog niet volledig zuiver is. De gestorvenen moeten gereinigd worden door het vuur, voordat ze tot de hemel kunnen komen.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Het laatste oordeel maakt de gelovigen bang. De afbeeldingen in en om de Katholieke kerk versterken die angst.
De Katholieke Kerk maakt in die tijd gebruik van die angst. Er wordt een manier gevonden om de straf van God af te kopen. Door een aflaat te kopen kon je straf kwijtgescholden worden. De handel in aflaten levert de Katholieke Kerk enorm veel geld op.
Slide 14 - Slide
Timpaan = gevelvlak in de vorm van een halve cirkel of een driehoek, meestal met beeldhouwwerken als decoratie. De beeldhouwwerken zijn reliëfs die van maar één kant zichtbaar zijn. Ze zijn onderdeel van de architectuur en komen niet los van de muur.
Slide 15 - Slide
Veel timpanen waren vroeger waarschijnlijk beschilderd.
Slide 16 - Slide
Reliek van St. Alexander Martelaar
Slide 17 - Slide
Een martelaar is iemand die vereerd wordt omdat hij geleden heeft en gestorven is voor zijn geloof. Veel martelaren worden door de Katholieke Kerk heilig verklaard.
Van deze martelaren worden door de Katholieke Kerk relieken bewaard. Een reliek is een overblijfsel van een heilige.Dat kan een stoffelijk overschot zijn of iets wat de heilige heeft aangeraakt. Ze worden bewaard in kostbare houders: Relieken of Reliekschrijnen.
Relieken trekken veel bezoekers naar de kerk. Mensen denken dat het aanraken van die relieken bijvoorbeeld genezing brengt.
Slide 18 - Slide
Volgens de bisschop van Wales zitten in deze reliek stukjes van het kruishout van het kruis waar Jezus aan gehangen werd.
Slide 19 - Slide
Voor volgende week
Lezen: 2.2!, Maak 4 opdrachten uit het werkboek bij 2.2 (bladzijde 19 werkboek)