B1_herhaling §3.1 t/m 3.3

• Science
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Herhaling §3.1 t/m §3.3

Oefenen voor het proefwerk 

Een potlood wordt afgebeeld. b is 200 cm en v is 80 cm. Bereken de vergroting.

1. 2,5
2. 1,8
3. 1,9
4. 2,0

Een gum wordt afgebeeld. b is 150 cm en v is 50 cm. Bereken de vergroting.

1. 2,5
2. 3,0
3. 1,9
4. 2,0

Een beer wordt afgebeeld. b is 80 cm en v is 200 cm. Bereken de vergroting.

1. 0,1
2. 0,2
3. 0,3
4. 0,4

Een pen wordt door een lens afgebeeld op een scherm. Afstand pen-lens is 50 cm. Afstand pen-scherm is 300 cm. De pen is op het scherm 3 cm. Hoe groot is de pen in werkelijkheid?

1. 18
2. 20
3. 21
4. 19

Stollen is ....

1. Van gas naar vast
2. Van vast naar gas
3. Van vloeibaar naar gas
4. Van vloeibaar naar vast

Sublimeren is ....

1. Van gas naar vast
2. Van vast naar gas
3. Van vloeibaar naar gas
4. Van vloeibaar naar vast

Koken is het zelfde als verdampen

1. Waar
2. Niet waar

Water bestaat uit watermoleculen

1. Waar
2. Niet waar

Stoffen in de vaste fase zijn lichter dan in de vloeibare fase

1. Waar
2. Niet waar

Een watermolecuul kan een zuurstofmolecuul aantrekken

1. Waar
2. Niet waar

Moleculen hebben de kleine ruimte in....

1. vaste fase
2. vloeibare fase
3. gasfase

Moleculen bewegen het snelst in de vloeibare fase

1. Waar
2. Niet waar

Het volume van een blok hout is 40 cm3. Massa is 50 g. Bereken de dichtheid.

1. 0,80 g/dm3
2. 0,85 g/dm3
3. 0,75 g/dm3
4. 0,70 g/dm3

Het volume van een blok hout is 30 cm3. Dichtheid = 0,25 g/cm3. Bereken de massa

1. 8,0 g
2. 7,5 g
3. 8,5 g
4. 7,0 g

Massa van een blok is 200 g. Dichtheid is 0,25 g/cm3 Bereken het volume

1. 800 cm3
2. 750 cm3
3. 600 cm3
4. 900 cm3