Cursus 5 §1 Werkwoord en On/Off §1

Leg je deze materialen op tafel?
Ipad
Nederlandse lesboek
een schrift
je leesboek
pen/markeerstift 
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Leg je deze materialen op tafel?
Ipad
Nederlandse lesboek
een schrift
je leesboek
pen/markeerstift 

Slide 1 - Slide

Programma vandaag
- Boekpromotie en zelfstandig lezen

- C5 §1 Werkwoord
Doel: Je kunt werkwoorden herkennen

- Thema On/off §1 Het perfecte plaatje
Doel: Je wisselt ervaringen uit

Slide 2 - Slide

Boekpromotie

Slide 3 - Slide

Vuurspuwer
FAB
Selfie
Split second

Slide 4 - Slide

Lezen
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

H1 Taalverzorging grammatica: werkwoorden
- Ieder woord hooft bij een bepaalde woordsoort.
- Eén van die woordsoorten is het werkwoord.
- Een werkwoord geeft aan wat iets of iemand doet of overkomt. Het 
  geeft aan wat er gebeurt in een zin.
- Vaak heeft een werkwoord een duidelijke betekenis:
 
  lopen, fietsen, lachen, tekenen, krijgen, betalen, maken
- Soms heeft een werkwoord een onduidelijke betekenis:

  worden, zijn, kunnen, moeten, mogen

Slide 7 - Slide

H1 Taalverzorging grammatica: werkwoorden
- Iedere zin bevat ten minste één werkwoord, maar het kunnen er ook
  meer zijn.
- Een werkwoord kun je vervoegen. Dat betekent dat het in verschillende   
  vormen voor kan komen: kijken - kijk - kijkt - keek - keken - gekeken
- De wij-vorm van het werkwoord noem je ook wel het hele werkwoord
  de woordenboekvorm of de infinitief.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Wat is het werkwoord in de volgende zin?
Moniek zingt de sterren van de hemel.

Slide 10 - Open question

Wat is het werkwoord in de volgende zin?
Kletst jouw zusje altijd zo veel?

Slide 11 - Open question

Wat zijn de werkwoorden in de volgende zin?
Alle blaadjes zijn al van de bomen gevallen.

Slide 12 - Open question

Wat zijn de werkwoorden in deze zin?
Janet stuurde de brief gisteren op.

Slide 13 - Open question

Wat zijn de werkwoorden in de volgende zin?
Jason pakte het cadeautje gisteren uit.

Slide 14 - Open question

Wat zijn de werkwoorden in de volgende zin?
Het Nederlands elftal heeft een fantastische wedstrijd gespeeld.

Slide 15 - Open question


Ik kan werkwoorden herkennen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll


Ik kan de hele werkwoordsvorm van een werkwoord noteren.
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Cursus 5 Woordsoorten          §1 Werkwoord
Opdracht: 
- Maak van blz. 200/201 opdracht 2 tot en met 6 in je boek
- Maak van blz. 200/201 opdracht 7 en 8 in je schrift (huiswerk).



Hoe: Je maakt het alleen
Nodig: Een pen
Klaar? Kijk het nieuws op ad.nl of nos.nl




timer
20:00

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link

Thema C On/Off           §1 Het perfecte plaatje
Maak de opdracht 1 in je schrift op blz 154/155 in tweetallen.
Noteer de antwoorden in je schrift.




Hoe: Je werkt samen
Nodig: Je boek, een schrift en pen
Klaar?  Welke selfie zou jij zelf nog eens willen maken? Op welke locatie?




timer
8:00

Slide 20 - Slide