H12.5 Spiegelbeeld isomeren

H12.5 Stereo-isomerie
1 / 26
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H12.5 Stereo-isomerie

Slide 1 - Slide

leerdoelen
Je kunt na afloop van de les:
  • uitleggen wat het verschil is tussen structuurisomerie en stereo−isomerie;
  • cis− en trans−isomerie herkennen en benoemen;
  • uitleggen hoe spiegelbeeldisomeren van elkaar verschillen;
  • aan een structuurformule herkennen of er spiegelbeeldisomeren mogelijk zijn.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Isomeren
Isomeren:
Moleculen met dezelfde molecuulformule, maar met verschillende structuurformule.
Voorbeeld:
- butaan en methylpropaan
- 1-chloorbutaan en 2-chloorbutaan
- Ethanol en methoxymethaan
Dit zijn voorbeelden van structuurisomeren



Slide 4 - Slide

Cis-trans-isomerie

Dubbele binding en ringstructuren:
- Geen vrije draaibaarheid --> Kan leiden tot cis-trans isomerie.



De volgorde van de atomen is hetzelfde, maar de ruimtelijke oriëntatie is anders: stereo-isomeren. Stoffen hebben andere stofeigenschappen.

Slide 5 - Slide

Cis-trans-isomerie
Voor cis-trans-isomerie geldt dat:
Aan de linker en rechterkant van de starre binding moeten twee verschillende groepen aan de koolstofatomen gebonden zijn.
Cis: gelijke groepen zitten aan dezelfde kant.
Trans: gelijke groepen zitten tegenover elkaar.

Slide 6 - Slide

Spiegelbeeldisomerie
(Stereo)isomerie waarbij het spiegelbeeld van een molecuul niet identiek is aan het origineel.

Slide 7 - Slide

Spiegelbeeeld isomerie

Slide 8 - Slide

Spiegelbeeldisomerie
Je hebt spiegelbeeldisomerie als het spiegelbeeld van het molecuul een ander molecuul is (dus niet identiek).
Het C-atoom moet 4 verschillende groepen om zich heen hebben.

deze wel/niet?

Slide 9 - Slide

Geen:

Slide 10 - Slide

Wel:

Slide 11 - Slide

Een asymmetrisch C atoom geven we aan met een sterretje



Slide 12 - Slide

verschil tussen spiegelbeeldisomeren
Spiegelbeeldisomeren lijken heel erg op elkaar, alle fysische constanten zijn identiek (kookpunt, smeltpunt, dichtheid).

Het ENIGE verschil is het ze een verschillende interactie hebben met GEPOLARISEERD licht. 
We noemen ze OPTISCH ACTIEF

Slide 13 - Slide

Optische activiteit
  • Moleculen die optisch actief zijn veranderen de richting van 
     gepolariseerd licht. 
  • Spiegelbeeldisomeren hebben tegengestelde optische activiteit.
  • Met een polarimeter kan de 
        optische activiteit worden gemeten.


                                                rechtsdraaiend melkzuur:

Slide 14 - Slide

Polarimeter
gebruikt gepolariseerd 
licht.

Slide 15 - Slide

Polarimeter

Slide 16 - Slide

Polarimeter
Je kunt met een polarimeter optische activiteit meten  

Trillingsrichting van licht wordt veranderd (van het vlak van gepolariseerd licht)

Evenveel linksdraaiend als rechtsdraaiende moleculen noemen we een Racemisch mengsel

Slide 17 - Slide

Stereoisomeren met meer dan 1 asymmetrisch C-atoom
Een extra asymmetrisch C-atoom in een molecuul leidt tot maximaal twee keer zoveel stereoisomeren.
Het maximaal aantal stereoisomeren bij n asymmetriche C-atomen is dan 2n
 

Slide 18 - Slide

Hoeveel spiegelbeeld-
isomeren zijn er van deze stof?
A
geen
B
2
C
4
D
8

Slide 19 - Quiz

Een asymmetrisch koolstof atoom geeft een asymmetrisch molecuul, ook bij cyclische structuren

Het kan lastig zijn om te herkennen of er spiegelbeeldisomerie mogelijk is bij moleculen. tip: ga op zoek naar een C-atoom waar vier verschillende (groepen van) atomen aan gebonden zijn.

Bij cyclische structuren: kijk aan de linkerkant van de C en aan de rechterkant van de C. Verschillend?
Asymmetrisch koolstofatoom bij cyclische structuren

Slide 20 - Slide

Bij welk molecuul is het asymmetrische C atoom correct aangegeven? 

Slide 21 - Slide

Bij welk molecuul is het asymmetrische C atoom correct aangegeven?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 22 - Quiz

Bij welk molecuul is de asymmetrische C atoom correct aangegeven?

Slide 23 - Slide

Spiegelbeeld isomerie
Moleculen met meer dan één asymmetrisch koolstofatoom -->
 maximaal 2n stereo-isomeren  (n = aantal asymmetrische C-atomen)

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Huiswerk

Maak nu vraag 52 (p.183) 
(of maak eerst vraag 51 af over cis/trans)

Slide 26 - Slide