Les services à l'aéroport - indiquer le chemin -voca et prépositions

1 / 18
next
Slide 1: Video
FransMBOStudiejaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Stelling: Ik ben weleens op een Franse Luchthaven geweest.
Nee
Ja

Slide 2 - Poll

Aujourd'hui
  1. Un petit retour en arrière: voca à l'aérport 
  2. Les nouveaux verbes
  3. Les prépositions
  4. Demander le chemin

Lesdoel: woordenschat vergroten en een stukje grammatica leren, om straks iemand de weg te kunnen wijzen.

Slide 3 - Slide

voca: à l'aérport 

Slide 4 - Slide

Hoe zeg je 'lift' in het Frans?
A
escalier
B
tapis roulant
C
ascenseur
D
chariot

Slide 5 - Quiz

le contrôle de sécurité
le comptoir d'enregistrement
l'escalier mécanique
Une porte d'embarquement
Les magazins/ boutiques

Slide 6 - Drag question

Trouvez une photo d'un hall de départ ou d'un hall d'arrivée

Slide 7 - Open question

Les 3 nouveaux verbes

  • Aller
  • Venir
  • prendre 

D'autres verbes importants: trouver, monter et descendre.
Tip: Check liedjes op Canvas!

Slide 8 - Slide

Vind de vous-vorm van: aller, trouver, monter, descendre en prendre.

Slide 9 - Open question

Les prépositions - voorzetsels
Voorzetsels (les prépositions) zijn onveranderlijke begrippen die een relatie in de zin aangeven tussen twee woorden. Het Frans kent enorm veel voorzetsels. 
Deze woordjes een bepaling geven van bijvoorbeeld de plaats, tijd, oorzaak, wijze, etc.
Denk in het Nederlands vooral eens aan kastwoordjes!

Slide 10 - Slide

Voorzetsels die een plaats aanduiden 
Belangrijk bij het wijzen van de weg!

Slide 11 - Slide

Complétez et répétez

Slide 12 - Slide

Ook belangrijk: en -  au - aux

Bij landen gebruik je in het Frans de voorzetsels au, en & aux. Jullie zullen binnen het werkveld hier veel over praten, er wordt dus van jullie verwacht dat jullie deze goed kennen.

->AU bij mannelijke landen -> Mes parents habitent au Maroc/Brésil/Portugal - Mijn ouders wonen in Marokko/Brazilië/Portugal
->EN bij vrouwelijke landen -> je vais en France/Allemagne/Espagne - Ik ga naar Frankrijk/Duitsland/Spanje
->AUX gebruik je bij meervoud -> J'aime aller aux Pays-Bas - Ik vind het leuk om naar Nederland (de Lage Landen) te gaan
Let op, bij steden en dorpjes gebruik je À -> Je vais à Paris, Toulouse, Villeneuve, Berlin, Londres...



Slide 13 - Slide

Prépositions de lieu

Slide 14 - Mind map

Quelques phrases
We gaan de volgende keer aan de slag met indiquer le chemin, oftwel: de weg WIJZEN. Maar hoe zou jij eigenlijk de weg VRAGEN?

Slide 15 - Slide

Hoe zou jij de weg vragen in het Frans?

Slide 16 - Open question

Avez-vous des questions?

Slide 17 - Slide

Pour la prochaine fois

-Apprenez les verbes
-apprenez les prépositions de lieu (zie ook pagina over voorzetsels in canvas)

Vergeet de vidéos deze week niet in te leveren. ;)

Slide 18 - Slide