1TH - 3.1 - steeds kleinere groepen

Thema 3: Ordening


Basisstof 1:
Steeds kleinere groepen



vmbo-t/havo
1 / 42
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Thema 3: Ordening


Basisstof 1:
Steeds kleinere groepen



vmbo-t/havo

Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Evaluatie: Biologie tot nu toe 
  • Wat weet je nog?
  • Uitleg basisstof 1 en basisstof 2
  • Huiswerk volgende week

Slide 2 - Slide

Hoe vind jij dat biologie gaat voor jou op een schaal van 1 tot 10? (1 heel slecht, 10 super goed)
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10

Slide 3 - Poll

Wat heb je nodig om de stof beter te begrijpen?

Slide 4 - Mind map

Stukje herhaling 
Thema 1 en thema 2

Slide 5 - Slide

Wat is een organisme?

Slide 6 - Open question

Welk onderdeel in de cel stuurt alles aan?
A
Celwand
B
Celkern
C
Cytoplasma
D
Celmembraan

Slide 7 - Quiz

Schimmel is een organisme
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Elke cel heeft een celwand
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Noem een voorbeeld van een levenskenmerk.

Slide 10 - Open question

Uitleg 3.1

Steeds kleinere groepen

Tip: maak aantekeningen!

Slide 11 - Slide

Groepen maken
  • Organismen kunnen we in groepen verdelen.
  • Dit doen we aan de hand van kenmerken
  • Kenmerken = eigenschappen waarmee je organismen kunt onderscheiden. 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Hoofdgroepen
Twee hoofdgroepen:
  1. Prokaryoten: kleine eencellige organismen zonder celkern.
  2. Eukaryoten: grote eencellige of meercellige organismen met een celkern

Slide 14 - Slide

Welke hoofdgroep heeft celkernen?
A
Eukaryoten
B
Prokaryoten

Slide 15 - Quiz

Prokaryoten
Geen celkern

In te delen in twee rijken:

Slide 16 - Slide

Bij welke hoofdgroep horen mensen?
A
Prokaryoten
B
Eukaryoten

Slide 17 - Quiz

In welk rijk horen mensen volgens biologen?
A
Planten
B
Chromista
C
Dieren
D
Schimmels

Slide 18 - Quiz

Prokaryoten
Geen celkern

In te delen in twee rijken:

Slide 19 - Slide

Celkenmerken prokaryoten:
Bacteriën en archaea

Slide 20 - Slide

Celkenmerken eukaryoten: chromista

Slide 21 - Slide

Celkenmerken eukaryoten: Protozoa

Slide 22 - Slide

Celkenmerken eukaryoten: schimmels

Slide 23 - Slide

Celkenmerken eukaryoten: planten

Slide 24 - Slide

celkenmerken eukaryoten: dieren

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Voorbeeld vertakkingsschema

Slide 29 - Slide

Welke groep ontstaat er na de groep 'families'?
A
rijken
B
soorten
C
orden
D
geslachten

Slide 30 - Quiz

3.2 Overeenkomst en verwantschap

Slide 31 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wanneer organismen tot dezelfde soort behoren.
  • Je kunt uitleggen dat de indeling van organismen berust op overeenkomst en verwantschap.

Slide 32 - Slide

Overeenkomsten
Organismen die tot hetzelfde geslacht behoren hebben veel overeenkomsten. Hoe meer overeenkomsten hoe vaker organismen in dezelfde groep worden ingedeeld. 

Slide 33 - Slide

Soorten
Organismen behoren tot hetzelfde soort:
  • als ze zich samen kunnen voortplanten
  • en de nakomelingen vruchtbaar zijn

Slide 34 - Slide

Evolutie door variatie en selectie

Evolutie is de ontwikkeling van het leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en verdwijnen. Door evolutie ontstaat variatie en selectie.

Slide 35 - Slide

Verwantschap
Verwantschap: Hoe jonger de soorten
gesplitst zijn, hoe verwanter de organismen
zijn.

Slide 36 - Slide

Leerdoelen check
Quizje in lesson-up

Slide 37 - Slide

Welke organismen hebben geen celkern?
A
Eukaryoten
B
Prokaryoten

Slide 38 - Quiz

Welke groep komt er na de groep 'klassen'?
A
Soorten
B
Geslachten
C
Stammen
D
Orden

Slide 39 - Quiz

Welk rijk hoort niet bij de eukaryoten
A
Dieren
B
Planten
C
Archaea
D
Chromista

Slide 40 - Quiz

Schimmels hebben een celwand
A
waar
B
niet waar

Slide 41 - Quiz

Huiswerk
  • zie SOM voor volgende week donderdag.
  • Test Jezelf 3.1 en 3.2

Slide 42 - Slide