V3_Reactievergelijkingen_Wk50

1 / 50

Slide 1: Slide

ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Programma

Opening les
Controle boeken en huiswerk
Weektaak
Leerdoelen
Uitleg en oefenen - Leerdoel 1
Uitleg en oefenen - Leerdoel 2
Afsluiten les

Slide 2 - Slide

Toets

Toets over Symbolen en molecuulformules (1x)

- Paragraaf H3.1 en H3.2

- Formuleblad uitgedeeld en op Google Classroom

30 minuten.

Slide 3 - Slide

Weektaak

- Lezen H3.2

- Lezen H3.4

- Afmaken opdrachten die je niet af kreeg in de les

Slide 4 - Slide

Leerdoelen ronde 4

- Ik kan uitleggen wat een zout is.

- Ik kan uitleggen welke stoffen elektriciteit geleiden en in welke fase.

Slide 5 - Slide

Indeling van stoffen

Slide 6 - Slide

Indeling van stoffen

Slide 7 - Slide

Stoffen

Blz 238

- Geel: Metalen

- Oranje/Rood: Niet-Metalen / Moleculaire stoffen

Zouten bestaan uit metalen en niet-metalen:

- Keukenzout NaCl

Slide 8 - Slide

Metalen - Zouten - Moleculaire stoffen

Verdeling op de eigenschap stroomgeleiding

Metalen

Zouten

Moleculaire stoffen

Vast

Nee

Vloeibaar

Nee

Gas

Nee

Slide 9 - Slide

Metaal, zout of moleculaire stof?

N a

Metaal

moleculaire stof

Zout

Slide 10 - Quiz

Metaal, zout of moleculaire stof?

F^{​ 2 ​ ​}

Metaal

moleculaire stof

Zout

Slide 11 - Quiz

Metaal, zout of moleculaire stof?

N a F^{​ ​ ​}

Metaal

moleculaire stof

Zout

Slide 12 - Quiz

- Ik kan uitleggen wat een zout is.
- Ik kan uitleggen welke stoffen elektriciteit geleiden en in welke fase.

Ik kan het leerdoel onvoldoende

Ik kan het leerdoel voldoende

Ik vind het leerdoel heel makkelijk

Slide 13 - Poll

Basis opdracht

Maken opdracht 9 en 21

Slide 14 - Slide

Extra uitdaging

Maken opdracht 9 en 22

Slide 15 - Slide

Extra oefening

Maken opdracht 9 en 16

Slide 16 - Slide

- Ik kan uitleggen wat een zout is.
- Ik kan uitleggen welke stoffen elektriciteit geleiden en in welke fase.

Ik kan het leerdoel onvoldoende

Ik kan het leerdoel voldoende

Ik vind het leerdoel heel makkelijk

Slide 17 - Poll

Leerdoelen deze week

- Ik kan een reactievergelijking opstellen gebaseerd op een gegeven niet-kloppende vergelijking.

- Ik kan gebaseerd op een beschrijving van een chemische reactie een reactievergelijking opstellen.

Slide 18 - Slide

Atomen

Stoffen zijn opgebouwd uit moleculen.

Moleculen uit atomen

Atomen zijn niet te vernietigen

Een element bestaat uit 1 soort stof.

Een molecuul bestaat uit 2 of meer atomen

Slide 19 - Slide

Reactievergelijkingen

Reactieschema: Chemische reactie in woorden

Reactie vergelijking: Chemische reactie in formules:

S t i k s t o f \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} W a t e r s t o f \frac{​ ​ ​}{​ ​} \to \frac{​ ​ ​}{​ ​} A m m o n i a k

N^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} 3 \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} \to \frac{​ ​ ​}{​ ​} 2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} N H^{​ 3 ​ ​}

Slide 20 - Slide

Reactievergelijkingen

Wet van behoud van massa

De massa voor de reactie is het zelfde als de massa na de reactie

Wet van behoud van elementen

De atomen voor de pijl zijn het zelfde als de atomen na de pijl, maar de samenstelling kan wisselen

Slide 21 - Slide

Reactievergelijking

3 methoden:

- Atomen tellen

- Rekenkundig

- Tekenen

Slide 22 - Slide

Tellen

De ontleding van water kan je als volgt beschrijven in een reactieschema:

We kunnen de woorden nu vervangen door symbolen:

Maar massa is nog niet gelijk

W a t e r \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \to \frac{​ ​ ​}{​ ​} W a t e r s t o f \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} Z u u r s t o f

H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \Rightarrow \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g)

Slide 23 - Slide

Tellen

We kunnen de woorden nu vervangen door symbolen:

Maar massa is nog niet gelijk:

- Voor de reactie 2 maal een H

- Na de reactie 2 maal een H

- Dat klopt

H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \Rightarrow \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g)

Slide 24 - Slide

Tellen

We kunnen de woorden nu vervangen door symbolen:

Maar massa is nog niet gelijk:

- Voor de reactie 1 maal een O

- Na de reactie 2 maal een O

- Dat klopt niet

Wat is hier een goede oplossing?

H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \Rightarrow \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g)

Slide 25 - Slide

Tellen

We kunnen de woorden nu vervangen door symbolen:

Maar massa is nog niet gelijk:

- Voor de reactie 2 maal een O

- Na de reactie 2 maal een O

- Dat klopt nu wel

Wat is hier een goede oplossing? Een H₂O toevoegen.

2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \Rightarrow \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g)

Slide 26 - Slide

Tellen

We kunnen de woorden nu vervangen door symbolen:

Maar massa is nog niet gelijk:

- Voor de reactie 2*2 maal een H

- Na de reactie 2 maal een H

- Dat klopt niet

Wat is hier een goede oplossing?

2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \Rightarrow \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g)

Slide 27 - Slide

Regels voor het kloppend maken

Je mag alleen moleculen toevoegen die al in de reactievergelijking staan.
Een reactievergelijking moet altijd kloppen, dus zelfde aantal atomen van elke soort voor en na de reactie.
De coëfficiënten moeten zo klein mogelijk zijn, maar wel gehele getallen.
Je mag de moleculen niet veranderen of andere moleculen toevoegen.

2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \Rightarrow \frac{​ ​ ​}{​ ​} 2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g)

Slide 28 - Slide

Tellen

We kunnen de woorden nu vervangen door symbolen:

Maar massa is nog niet gelijk:

- Voor de reactie 2*2 maal een H

- Na de reactie 2*2 maal een H

- Dat klopt nu wel

Wat is hier een goede oplossing? Een H₂ toevoegen

2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \Rightarrow \frac{​ ​ ​}{​ ​} 2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g)

Slide 29 - Slide

Opdracht

Maak de volgende reactievergelijking kloppend met behulp van het tellen:

. . . \frac{​ ​ ​}{​ ​} C H^{​ 4 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} . . . \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \to \frac{​ ​ ​}{​ ​} . . . \frac{​ ​ ​}{​ ​} C O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} . . . \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l)

Slide 30 - Slide

Opdracht

Maak de volgende reactievergelijking kloppend met behulp van het tellen:

C H^{​ 4 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} 2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \to \frac{​ ​ ​}{​ ​} C O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} 2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l)

Slide 31 - Slide

Rekenkundig oplossen

Uit 1 H₂O kan ik een half zuurstof molecuul vormen:

Volgens de regels gehele getallen, dus alles keer 2:

H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \Rightarrow \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g)

H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \Rightarrow \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} 0, 5 \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g)

2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} O \frac{​ ​ ​}{​ ​} (l) \frac{​ ​ ​}{​ ​} \Rightarrow \frac{​ ​ ​}{​ ​} 2 \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g) \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} (g)

Slide 32 - Slide

Tekenen

Slide 33 - Slide

- Ik kan een reactievergelijking opstellen gebaseerd op een gegeven niet-kloppende vergelijking.
- Ik kan gebaseerd op een beschrijving van een chemische reactie een reactievergelijking opstellen.

Ik kan het leerdoel onvoldoende

Ik kan het leerdoel voldoende

Ik vind het leerdoel heel makkelijk

Slide 34 - Poll

Basis opdracht

Maken vergelijking 1 t/m 5 van het oefenblad

Slide 35 - Slide

Extra uitdaging

Maken vergelijking 21 t/m 25 van het oefenblad

Slide 36 - Slide

Extra oefening

Maak de volgende vergelijkingen kloppend:

A \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} B \frac{​ ​ ​}{​ ​} \to \frac{​ ​ ​}{​ ​} A B^{​ 2 ​ ​}

C^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} D \frac{​ ​ ​}{​ ​} \to \frac{​ ​ ​}{​ ​} C D

H^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} + \frac{​ ​ ​}{​ ​} O^{​ 2 ​ ​} \frac{​ ​ ​}{​ ​} \to \frac{​ ​ ​}{​ ​} H^{​ 2 ​ ​} O

Slide 37 - Slide

- Ik kan een reactievergelijking opstellen gebaseerd op een gegeven niet-kloppende vergelijking.
- Ik kan gebaseerd op een beschrijving van een chemische reactie een reactievergelijking opstellen.

Ik kan het leerdoel onvoldoende

Ik kan het leerdoel voldoende

Ik vind het leerdoel heel makkelijk

Slide 38 - Poll

Basis opdracht

Maken vergelijking 21 t/m 25 van het oefenblad

En de volgende opdracht:

Stel de reactievergelijking op van het ontstaat van glucose uit koolstofdioxide en water. Bij deze reactie komt ook zuurstof vrij.

Slide 39 - Slide

Extra uitdaging

Maken vergelijking 31 t/m 35 van het oefenblad

En de volgende opdracht:

Stel de reactievergelijking op van het ontstaat van glucose uit koolstofdioxide en water. Bij deze reactie komt ook zuurstof vrij.

Slide 40 - Slide

Extra oefening

Maken vergelijking 1 t/m 5 van het oefenblad

En de volgende opdracht:

Stel de reactievergelijking op van de productie van ammoniak uit stikstof en waterstof.

Slide 41 - Slide

- Ik kan een reactievergelijking opstellen gebaseerd op een gegeven niet-kloppende vergelijking.
- Ik kan gebaseerd op een beschrijving van een chemische reactie een reactievergelijking opstellen.

Ik kan het leerdoel onvoldoende

Ik kan het leerdoel voldoende

Ik vind het leerdoel heel makkelijk

Slide 42 - Poll

Wat is het reactieschema van het verbranden van papier

papier (l) + zuurstof (s) > koolstofdioxide (g) + Water (l)

papier (g) + zuurstof (s) > koolstofdioxide (s) + Water (l)

papier (l) + vuur > koolstofdioxide (g) + Water (l)

papier (s) + zuurstof (g) > koolstofdioxide (g) + Water (l)

Slide 43 - Quiz

Endotherm of exotherm

Endotherm

Exotherm

Geen van beide

Slide 44 - Quiz

Geef de molecuulformule van deze stof:

H C H H C H H O H

C^{​ 2 ​ ​} H^{​ 6 ​ ​} O

C^{​ 2 ​ ​} H^{​ 5 ​ ​} O H

C O^{​ 2 ​ ​} H^{​ 6 ​ ​}

Slide 45 - Quiz

Ontleedbaar of niet ontleedbaar:

Ontleedbaar

Niet-ontleedbaar

Slide 46 - Quiz

Wat voor soort stof is ethanol?

Moleculaire stof

Niet-moleculaire stof

Metaal

Zout

Slide 47 - Quiz

Tot welke speciale groep horen de volgende elementen: Neon, Argon, Helium, Krypton?

Bij Superman

Edelgassen

Alkali-gassen

Halogenen

Slide 48 - Quiz

AFsluiting - Leerdoelen

- Ik kan uitleggen hoe het periodiek systeem is opgebouwd in perioden en groepen.

- Ik kan elementen in delen in metalen en niet-metalen met behulp van het periodiek systeem.

- Ik kan enkele voorbeelden noemen van speciale groepen in het periodiek systeem.

- Ik kan de molecuulformule opstellen van een molecuul.

- Ik kan de systematische naam geven van een molecuul.

- Ik ken de naam van tenminste 25 moleculen.

- Ik kan uitleggen wat een zout is.

- Ik kan uitleggen welke stoffen elektriciteit geleiden en in welke fase.

Slide 49 - Slide

Afsluiting - Leerdoelen deze week

- Ik kan een reactievergelijking opstellen gebaseerd op een gegeven niet-kloppende vergelijking.

- Ik kan gebaseerd op een beschrijving van een chemische reactie een reactievergelijking opstellen.

Slide 50 - Slide

V3_Reactievergelijkingen_Wk50

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Poll

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Poll

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Poll

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Poll

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Poll

Slide 43 - Quiz

Slide 44 - Quiz

Slide 45 - Quiz

Slide 46 - Quiz

Slide 47 - Quiz

Slide 48 - Quiz

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Slide

More lessons like this

V3_Reactievergelijkingen_2324

V3_Reactievergelijkingen_Wk51

H3_SK_H3_Week2_Les1

Hoofdstuk 3.4 reactievergelijkingen kloppend maken

Hoofdstuk 3.4 reactievergelijkingen kloppend maken

3.4 Reacties naar vergelijkingen en atoommassa 1+2

H3 - Elementen en verbindingen

Toets Paragraaf 3.3 Reactievergelijking (les 3)