What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
V4- quiz over 1.1 t.m 1.3
1.1: verschillen in welvaart
Maak de meerkeuzevragen over par. 1.1, 1.2 en 1.3 op je eigen tempo
1 / 28
next
Slide 1:
Slide
Aardrijkskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
This lesson contains
28 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
1.1: verschillen in welvaart
Maak de meerkeuzevragen over par. 1.1, 1.2 en 1.3 op je eigen tempo
Slide 1 - Slide
BBP = ...
A
Het gemiddelde inkomen van een inwoner van een land
B
Het geld dat alle inwoners in een land samen verdienen.
Slide 2 - Quiz
Het BBP gaat over..
A
Welvaart
B
Welzijn
Slide 3 - Quiz
Wat is bbp/hoofd?
A
de hoeveelheid mensen die in een land leven.
B
het verschil tussen welzijn en welvaart
C
het aantal inkomsten van een land delen door de inwoners
Slide 4 - Quiz
Het bbp/hoofd is een betere maatstaf voor het meten van welvaart dan het bbp
A
Juist
B
Onjuist
Slide 5 - Quiz
Wat is analfabetisme?
A
Het niet kunnen schrijven en/of spreken
B
Het niet kunnen lezen en/of schrijven
C
Het niet kunnen spreken
D
Het niet naar school kunnen gaan
Slide 6 - Quiz
Analfabetisme is een voorbeeld van een
A
demografgisch kenmerk
B
economisch kenmerk
C
sociaal-cultureel kenmerk
Slide 7 - Quiz
Analfabetisme zegt iets over..
A
Welvaart
B
Welzijn
Slide 8 - Quiz
Sociale ongelijkheid is hetzelfde als regionale ongelijkheid
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quiz
Welke zin over sociale ongelijkheid is juist?
A
Sociale ongelijkheid heeft te maken met verschillen in welzijn tussen mensen.
B
Sociale ongelijkheid gaat over verschillen in welvaart tussen mensen.
C
Bij sociale ongelijkheid zijn er grote verschillen tussen rijke en arme gebieden in een land.
D
Sociale ongelijkheid gaat over mensen die werken in informele sector.
Slide 10 - Quiz
Welke van onderstaande valt niet onder het 'wereldsysteem'?
A
Centrum
B
Semi-periferie
C
Periferie
D
Ontwikkelingsland
Slide 11 - Quiz
Tot welke groep binnen het wereldsysteem behoort een land als China?
A
centrum
B
semiperiferie
C
periferie
Slide 12 - Quiz
1.2: bevolking en cultuur
Slide 13 - Slide
Bevolkingsdichtheid is
A
het aantal inwoners in een stad
B
het gemiddeld aantal inwoners per vierkante km
C
het gemiddelde aantal inwoners in een land
D
het gemiddeld aantal inwoners
Slide 14 - Quiz
De bevolkingsdichtheid is hoger in:
A
Utrecht
B
Zeist
Slide 15 - Quiz
Door culturele diffusie wordt de wereld
A
Homogener
B
Diverser
C
Regionaal
D
Heterogener
Slide 16 - Quiz
Wat is het beste voorbeeld van diffusie?
A
De Koerdische taal wordt onder Koerden gesproken in Turkije, Iran, Irak en Syrië
B
Een populair nummer van een Engelse zangeres staat nu ook in Canada, Nieuw-Zeeland en de V.S. op nummer 1 in de hitlijsten
C
Ook in China shoppen de bewoners van grote steden tegenwoordig in de Zweedse Ikea
D
Zowel in Turkije als duizenden kilometers verderop in Marokko zie je in elk dorp en in iedere stad minimaal één moskee
Slide 17 - Quiz
Diffusie vindt plaats dankzij verschillende factoren. Welke zal in de moderne tijd een minder grote rol spelen?
A
kolonialisme
B
toerisme
C
migratie
D
ict technologie
Slide 18 - Quiz
Een ander woord voor diffusie is ...
A
verwarring
B
verspreiding
C
vermenging
Slide 19 - Quiz
1.3: politieke en sociale wereldkaart
Slide 20 - Slide
Welke van de volgende factoren heeft geen aandeel in het democratisch gehalte van een land
A
alfabetisering
B
naleving mensenrechten
C
bestrijding corruptie
D
de kwaliteit van het rechtssysteem
Slide 21 - Quiz
Het democratisch gehalte ligt het laagst in het werelddeel ...
A
Europa
B
Noord-Amerika
C
Zuid-Amerika
D
Azië
Slide 22 - Quiz
Als Nederland aangevallen wordt, welk samenwerkingsverband komt dan in actie?
A
De Europese Unie
B
De NAVO
C
De BeNeLux
D
Het verdrag van Schengen
Slide 23 - Quiz
Wat voor rechtssysteem hebben wij in Nederland?
A
Dictatuur
B
Beperkte democratie
C
Democratie
Slide 24 - Quiz
Tijdens de Koude oorlog was de wereld vooral ...
A
bipolair
B
multipolair
Slide 25 - Quiz
Voor 1990 had de wereld een bipolaire economie, met 2 grootmachten. Welke grootmacht was er, naast de VS?
A
Rusland
B
China
C
Japan
D
Sovjet-Unie
Slide 26 - Quiz
Vroeger was er een multipolaire wereld. Dit is nu veel minder het geval
A
juist
B
onjuist
Slide 27 - Quiz
Demografische dimensie
Economische dimensie
Fysische dimensie
Sociaal-culturele dimensie
Politieke dimensie
Match de kenmerken met
de juiste dimensie.
geboorte en sterfte
migratie
werkgelegenheid
grondsoort
religie
verdeling macht
exportpakket
levensverwachting
bevolkingsdichtheid
samenwerking- verbanden
Slide 28 - Drag question
More lessons like this
Check §1.1 Patronen: wereldkaart 1.1 t/m 1.3
September 2021
- Lesson with
30 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Check §1.1 Patronen: wereldkaart 1.1 t/m 1.3
March 2022
- Lesson with
32 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
2.1 t/m 2.3 herhaling
September 2022
- Lesson with
35 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Check §2.1 t/m 2.3 Patronen: economische wereldkaart
February 2021
- Lesson with
22 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H1 Wereldbeeld 1.1 t/m 1.3
September 2024
- Lesson with
47 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
2.3 De politieke en sociale wereldkaart
September 2024
- Lesson with
23 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Check §1.1 Patronen: economische wereldkaart
March 2022
- Lesson with
20 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
1.1 t/m 1.6 Herhalen (deel 3)
February 2022
- Lesson with
15 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4