Oefentoets Massamedia H7 t/m H9 (B)

Oefentoets Massamedia H7 t/m H9
Lees en leer eerst hoofdstuk 7, 8 en 9
Dan kan je deze oefentoets gebruiken om te checken of alles duidelijk voor je is.
1 / 43
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Oefentoets Massamedia H7 t/m H9
Lees en leer eerst hoofdstuk 7, 8 en 9
Dan kan je deze oefentoets gebruiken om te checken of alles duidelijk voor je is.

Slide 1 - Slide

Het eerste doel van reclame is...
A
Producten verkopen
B
Geld verdienen
C
Vrolijkheid brengen
D
Irritant zijn

Slide 2 - Quiz

Voor welke doelgroep?
De dia's die je hierna kunt zien gaan over twee producten met uitleg. Bepaal voor welke doelgroep het product wordt gemaakt. Vul achter elk product de leeftijd, sekse en een ander kenmerk van de doelgroep in.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

leeftijd:............................

sekse:...……......................

ander kenmerk:...…..

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

leeftijd:............................

sekse:...……......................

ander kenmerk:...…..

Slide 7 - Open question

Reclame maakt gebruik van ...
A
Geld, gevoelens, imago
B
Gevoelens, ideaalbeelden, bekende mensen
C
Imago, bekende mensen, zendtijd
D
Manipulatie, ideaalbeelden, advertenties

Slide 8 - Quiz

Welke reclametruc wordt toegepast in de foto?
A
Gevoel
B
Ideaalbeeld
C
Bekende mensen
D
Prijzen

Slide 9 - Quiz

Je mag meer dan 12 minuten reclame uitzenden per uur.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Je kunt op internet reclame maken door het plaatsen van:
A
Cookies
B
Advertenties
C
Regels

Slide 11 - Quiz

Leg in je eigen woorden uit waarom de media reclame nodig hebben.

Slide 12 - Open question

Welke drie trucs worden in reclames gebruikt om ervoor te zorgen dat mensen de producten gaan kopen?

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Slide

Voor welke doelgroep is de spot van SIRE bedoeld?
'Geef kinderen hun spel terug' is bedoeld voor de
VOETBALCLUB/KINDEREN/OUDERS, omdat :

Slide 15 - Open question

Commerciële zenders
Een doelgroep wordt bepaald door
Sluikreclame
Publieke omroepen
Ideaalbeelden die je in een reclame ziet
de leeftijd
mogen maximaal 12 minuten per uur reclame uitzenden
zijn perfecte beelden van mensen en situatie
mogen hun programma's onderbreken voor reclame
is verboden in Nederland

Slide 16 - Drag question

Sommige programma's hebben een sponsor.
Wat is een goede sponsor voor een programma over: 'Klussen in huis'

Schrijf de goede sponsor hieronder.

Slide 17 - Open question

Sommige programma's hebben een sponsor.
Wat is een goede sponsor voor een programma over: 'Kleding'

Schrijf de goede sponsor hieronder.

Slide 18 - Open question

In Nederland is er sprake van...
A
Censuur.
B
Persvrijheid.

Slide 19 - Quiz

Vrijheid van meningsuiting en politiek hebben veel met elkaar te maken.
Een land waar CENSUUR is, noem je een....
A
Democratie.
B
Dictatuur.
C
Vrij land.

Slide 20 - Quiz

Is er in Zimbabwe vrijheid van meningsuiting of juist niet?
Gebruik in je antwoord het begrip CENSUUR.

Slide 21 - Open question

Journalisten mogen niet alles zeggen of schrijven. Welke drie dingen mogen NIET?

Slide 22 - Open question

Leg uit dat de pluriformiteit in gevaar komt als alle kleine kranten en tijdschriften verdwijnen.

Slide 23 - Open question



Roddelbladen schrijven niet altijd de waarheid.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 24 - Quiz



In de grondwet staan alle rechten die iedereen in Nederland heeft.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 25 - Quiz



In Nederland is er censuur.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 26 - Quiz


Ook journalisten mogen alles schrijven wat ze willen.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 27 - Quiz



In een dictatuur is er vaak wel persvrijheid.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 28 - Quiz



Pluriformiteit betekent dat de overheid geld geeft aan alle tijdschriften en kranten.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 29 - Quiz



Bij censuur worden berichten en artikelen van journalisten vooraf gecontroleerd.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 30 - Quiz



Rechten zijn alle dingen die je MOET doen.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 31 - Quiz

Stelling: "Stel dat er op een internetsite staat dat de Nederlandse minister-president moet worden vermoord. Dan moet deze site meteen worden gesloten."
Noem een argument VOOR deze stelling.

Slide 32 - Open question

Stelling: "Stel dat er op een internetsite staat dat de Nederlandse minister-president moet worden vermoord. Dan moet deze site meteen worden gesloten."
Noem een argument TEGEN deze stelling.

Slide 33 - Open question

stereotype of vooroordeel?

''mijn neef weet alles van hamburgers, want hij is in Amerika geweest.''
A
stereotype
B
vooroordeel

Slide 34 - Quiz

stereotype of vooroordeel?

''Ik denk dat vrouwen altijd van mode houden.''
A
stereotype
B
vooroordeel

Slide 35 - Quiz

stereotype of vooroordeel?

'' Mijn klasgenoot haalt hoge cijfers, hij zal wel elke dag tot s'avonds laat studeren.''
A
stereotype
B
vooroordeel

Slide 36 - Quiz

Leg in je eigen woorden uit wat een rolpatroon is

Slide 37 - Open question

Waarom is het belangrijk om mediawijs te zijn?

Slide 38 - Open question

Er zijn vijf manieren om ervoor te zorgen dat de media minder invloed op je hebben. Noem er twee waar jij beter op zou kunnen letten.

Slide 39 - Open question

Welk beeld van Amerika krijgen wij via series en films? Noem twee dingen.

Slide 40 - Open question

Slide 41 - Slide

Waardoor heeft De Wereld Draait Door zoveel macht?

Slide 42 - Open question

Slide 43 - Slide