Het examen schrijven 2F

Nederlands examen schrijven 2F
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Nederlands examen schrijven 2F

Slide 1 - Slide

Examenduur: 60 minuten
* Zorg dat je alle opdrachten volledig maakt, minimaal 80%
* Let op: spelling, zinsbouw en interpunctie
* Samenhang, verbindingswoorden
* Doel 
* Afstemming op publiek, 
* Woordgebruik, 
* Leesbaarheid

Slide 2 - Slide

Welke schrijfopdrachten zou je kunnen krijgen?
E-mail
Artikel
Bericht op website
Recensie op website
Verslag
Advertentie
Brief
Memo

Slide 3 - Slide

Wat zijn korte teksten?
Memo
Advertentie
Recensie
Bericht op website

Slide 4 - Slide

Wat zijn lange teksten?
Brief (zakelijk/motivatie)
Artikel
Verslag 
E-mail

Slide 5 - Slide

Persoonlijke brief

- je schrijft naar een bekende

- datering

- elke aanhef is goed

- doel mag onduidelijk zijn

- indelen in alinea's

- informeel taalgebruik

- naam eronder

Zakelijke brief

- Geachte heer, mevrouw,

of: Geachte meneer De Vries

-Richt je op doel en publiek

- afsluiting 

- inleiding, kern, slot

- formeel taalgebruik

- handtekening en naam

Slide 6 - Slide

Welke aanhef is juist?
A
Geachte heer, mevrouw,
B
Beste meneer Jansen,
C
Geachte mevrouw Patricia de Vries,
D
Geachte mevrouw De Vries,

Slide 7 - Quiz

In een zakelijke brief gebruik je formele taal.
A
Waar.
B
Niet waar.

Slide 8 - Quiz

Kies de juiste schrijfwijze voor de plaats en de datum in een zakelijke brief
A
Amsterdam 2 november 2016
B
Amsterdam, 2 November 2016
C
Amsterdam, 2 november 2016
D
Amsterdam, 2-11-2016

Slide 9 - Quiz

Een verslag
  • Titel / inleiding / kern / slot
  • Doel: informeren
  • Logische/chronologische volgorde
  • Interessant of leuk om te lezen (niet alle feiten hoeven erin te staan)
  • Wie is je publiek?

Slide 10 - Slide

Opdracht schrijven
Jouw  klas heeft een uitje op maandag 18 maart 2024.
Jullie gaan naar Walibi, de hele dag, om 17.00 uur moeten jullie weer terug zijn.
School heeft een bus geregeld die jullie ophaalt en terug brengt.
Kaartje betaalt school.
Zelf snacks en lunch betalen.
Je stuurt een e-mail naar je klasgenoten om ze uit te nodigen voor deze dag. 

Denk aan titel, inleiding, kern en slot.

Stuur de mail naar je docent.


Slide 11 - Slide