This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
1. VORMGEVINGSASPECTEN 2. VOORSTELLINGSASPECTEN
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
VORMGEVINGSASPECTEN
Slide 5 - Slide
2. COMPOSITIE
Slide 6 - Slide
Wat is compositie?
Dat is de plek in een schilderij waar je alles neerzet. Dus je kies bijvoorbeeld om een boom in het midden te tekenen.
Compositie heeft ook wel ordening. Alles in een tekening/schilderij wordt geordend door een compositie.
Slide 7 - Slide
Verschillende composities
- Centraal compositie
- Driehoeks compositie
- Cirkelcompositie
- A-symmetrische/symmetrische
- Overall compositie
Slide 8 - Slide
Centraal compositie
Slide 9 - Slide
Driehoeks compositie
Slide 10 - Slide
Cirkelcompositie
Slide 11 - Slide
A-symmetrische compositie
Slide 12 - Slide
Symmetrische compositie
Slide 13 - Slide
Overall compositie
Slide 14 - Slide
A
Centraal compositie
B
Driehoekscompositie
C
Overall compositie
D
Symmetrische compositie
Slide 15 - Quiz
A
Centraal compositie
B
Driehoekscompositie
C
Overall compositie
D
Symmetrische compositie
Slide 16 - Quiz
A
Centraal compositie
B
Driehoekscompositie
C
Overall compositie
D
Symmetrische compositie
Slide 17 - Quiz
A
Centraal compositie
B
Driehoekscompositie
C
Overall compositie
D
Symmetrische compositie
Slide 18 - Quiz
A
Centraal compositie
B
Driehoekscompositie
C
Overall compositie
D
Symmetrische compositie
Slide 19 - Quiz
3. KLEUR
Slide 20 - Slide
Kleur is erg belangrijk
1. Door middel van kleur kan er aandacht getrokken worden.
2. Door kleur kan een kunstenaar aspecten in het schilderij belangrijk maken.
3. Er kan een (diepere) betekenis gegeven worden aan een voorwerp of object in een kunstwerk.
4. Kleurgebruik kan ervoor zorgen dat je de stijl van een kunstenaar herkent
Slide 21 - Slide
SOORTEN KLEUREN
Primaire kleuren - De basiskleuren: ROOD, BLAUW en GEEL.
Secundaire kleuren - De mengkleuren van de primaire kleuren: ORANJE (geel/rood) , GROEN (geel/blauw) en PAARS (blauw/rood).
Tertiare kleuren - De rest van de kleuren: kleuren die niet primaire/secundaire zijn.
Slide 22 - Slide
KLEURENCIRKEL
Slide 23 - Slide
Complementaire kleuren
Wanneer je 2 specifieke secundaire kleuren (dus niet alle secundaire kleuren) naast elkaar gebruikt versterken ze elkaar. Dat heten ook wel complementaire kleuren.
Geel – Paars | Oranje – Blauw | Rood – Groen
Een kunstenaar gebruikt complementaire kleuren om ze allebei sterker van kleur te maken. Dat maakt ze extra mooi!
Slide 24 - Slide
Warme en koude kleuren
Warm
- Roodachtig - Oranje achtig - Geelachtig
Koud - Blauwachtig - Paarsachtige
- Witachtig
Slide 25 - Slide
Monochroom kleurgebruik
Wanneer een kunstwerk alleen maar kleuren heeft van dezelfde soort. Hieronder zie je schilderijen waarin allemaal verschillende tinten gebruikt zijn van een bepaalde kleur.
Slide 26 - Slide
Polychroom kleurgebruik
Wanneer eenkunstwerk veel verschillende kleuren heeft (opvallende kleuren).
Slide 27 - Slide
A
Warm kleurgebruik
B
Polychroom
C
Koud kleurgebruik
D
Monochroom
Slide 28 - Quiz
A
Warm kleurgebruik
B
Polychroom
C
Koud kleurgebruik
D
Monochroom
Slide 29 - Quiz
A
Warm kleurgebruik
B
Polychroom
C
Koud kleurgebruik
D
Monochroom
Slide 30 - Quiz
A
Warm kleurgebruik
B
Polychroom
C
Koud kleurgebruik
D
Monochroom
Slide 31 - Quiz
Contrast door kleur
Door bepaalde kleuren naast elkaar te gebruiken
kun je kleuren versterken. Heel veel kunstenaars gebruiken een kleurcontrast om hun kunstwerk te versterken, op te laten vallen of mooier te maken.