Alles door elkaar - Percentages en verhoudingen

Janneke koopt een tennisraket van € 65,-. Ze krijgt 15% korting. Bereken de korting in euro’s.
A
€12,-
B
€9,75
C
€6,50
D
€8,75
1 / 12
next
Slide 1: Quiz
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Janneke koopt een tennisraket van € 65,-. Ze krijgt 15% korting. Bereken de korting in euro’s.
A
€12,-
B
€9,75
C
€6,50
D
€8,75

Slide 1 - Quiz

Hoeveel in procenten?
A
75%
B
25%
C
40%
D
4%

Slide 2 - Quiz


Van de 50 kinderen zijn 5 kinderen te laat gekomen. Hoeveel procent is dat?
Procenten!
A
50 %
B
5 %
C
1 %
D
10 %

Slide 3 - Quiz

De dieselprijs per liter is in een week tijd gestegen van € 1,32 naar € 1,40.
Hoeveel euro is de dieselprijs gestegen?
Bereken de toename in procenten. Rond af op één decimaal.


A
5,3%
B
7,8%
C
6,1%
D
8,4%

Slide 4 - Quiz

Is dit een verhoudingstabel?
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

Is dit een verhoudingstabel?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

Is dit een verhoudingstabel?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quiz

Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij 23 %
A
2,3
B
0,23
C
0,023
D
23

Slide 8 - Quiz

Bij 21% hoort de vermenigvuldigingsfactor 0,21
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Wat is de vermenigvuldigingsfactor van 25 %
A
25
B
0,25
C
2,5
D
0,025

Slide 10 - Quiz

Bij 7,5% korting van 50 euro moet je rekenen met de vermenigvuldigingsfactor ...
A
0,075 x 50
B
7,5 x 50
C
0,75 x 59
D
92,5 x 50

Slide 11 - Quiz

Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij 34,5%?
A
3,45
B
0,345
C
0,0345
D
34,5

Slide 12 - Quiz