This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Een bank heeft een inkoopprijs van €469,- en een verkoopprijs van €799,-. Wat is de consumentenprijs?
Slide 6 - Open question
Slide 7 - Slide
Een poef heeft een inkoopfactuurprijs van €36,24. Wat is de inkoopprijs van deze poef?
Slide 8 - Open question
Slide 9 - Slide
Een eetkamerstoel heeft een inkoopprijs van €49,95 en een brutowinstopslag van €35,95. Wat is de consumentenprijs?
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Inkoop- en verkoopschema
IP
BTW
FP
VP
BTW
CP
Slide 15 - Slide
Brutowinstschema
IP
Brutowinst
VP
IP
60%
Brutowinst
40%
VP
100%
IP
100%
Brutowinst
60%
VP
160%
Slide 16 - Slide
Een fauteuil heeft een consumentenprijs van €150,- en een brutowinstopslag van €70,-. Wat is de inkoopprijs van deze fauteuil?
Slide 17 - Open question
Slide 18 - Slide
Een vloerkleed heeft een inkoopprijs van €130,- en een brutowinstopslag van 60% van de inkoopprijs. Wat is de verkoopprijs van dit kleed?
Slide 19 - Open question
Slide 20 - Slide
Een eettafel heeft een verkoopprijs van €1.750,-. Er wordt een brutowinstpercentage van 55% van de inkoopprijs gehanteerd. Wat is de inkoopprijs van deze tafel?