Blok 1

Welkom A2D
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom A2D

Slide 1 - Slide

Lesdoel
- Wegwijs worden in de methode.

Slide 2 - Slide

Uitleg boek
- Handboek (dikke boek)
- Oefenboek

- We beginnen op blz. 8.

Slide 3 - Slide

Opfrissen afspraken Nederlands
- Je schrijft met een zwarte of blauwe pen en je corrigeert je werk met een rode pen. 
- Je neemt je handboek, oefenboek en schrift mee, tenzij ik iets anders opgeef.
- Je schrijft in volledige zinnen die beginnen met een hoofdletter en eindigen met een punt. Je herhaalt de vraag in je antwoord als dat mogelijk is. 

Slide 4 - Slide

Wat als jij je niet houdt aan de afspraken?
- Bij spullen vergeten mee te nemen (ook je pen en coachagenda) of vergeten te maken, krijg je een kruisje. Bij het 3e kruisje ga je een halfuur corveeën. 
- Schrijf je tijdens de toets niet met hoofdletters of punten, dan gaat er per vergeten leesteken 0,1 van je cijfer af. We trekken voor leestekens maximaal 1 punt af. Ook voor spelling krijg je apart aftrek. Per spelfout -0,1 tot een maximum van 1 punt.

Slide 5 - Slide

Aan de slag
-  Werk verder aan opdracht 3, 4, 5, 6 en 8 op blz. 8 en 9 in je oefenboek. Vergeet niet de betekenis van de (grijze) woorden op te zoeken die je niet kent. De (grijze) woorden uit elke paragraaf kunnen terugkomen in de toets.


Slide 6 - Slide

Klaar

Slide 7 - Slide

Lezen
Boek blz. 

Slide 8 - Slide

Huiswerk maandag 9/1 5e uur
- Maken opd. 1,2 blz. 157.

Slide 9 - Slide

Terugkijken
- Hoe vind je zinsdelen?
- Wat is de beste manier om de persoonsvorm te vinden?
- Welke vraag stel je om het onderwerp te vinden?

Slide 10 - Slide

Wat is de persoonsvorm en het onderwerp van de volgende zin?:

- Misschien heeft mijn neefje wel een voetbal gewonnen voor mij?

Misschien
heeft
mijn neefje
wel
een voetbal
gewonnen
voor mij
heeft gewonnen
pv
ow

Slide 11 - Drag question

Maak zinsdelen bij de volgende zin:

- Tijdens mijn vorige vakantie heb een ik voor mijn vriendin een nieuwe armband gekocht in een leuk winkeltje.

Slide 12 - Open question