Hoofdstuk 1 basisstof : Roken en blowen

1.7 Roken en blowen
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

1.7 Roken en blowen

Slide 1 - Slide

Herhaling 1.6
Bij dieren komen verschillende ademhalingsorganen voor. Match elk dier met het juiste ademhalingsstelsel. 
Merel
Ringslang
Rode mier
Snoek
Stekelbaars
Wesp
Longen
Longen
Kieuwen
Kieuwen
Tracheeën
Tracheeën

Slide 2 - Drag question

1.7 Roken en blowen
Leerdoel:
  • Ik kan de mogelijke gevolgen van verslaving aan roken en blowen uitleggen.

Belangrijke begrippen:
  • Nicotine en teer
  • Koolstofmonoxide 
  • Passief roken / meeroken 
  • Geestelijk afhankelijk en lichamelijk afhankelijk
  • Gewenning
  • THC en CBD
  • Stoned en high 

Slide 3 - Slide

Wat weet je van roken?

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Video

Nicotine       Teer       Koolstofmonoxide       Passief roken/meeroken
                   E-sigaret                    Shisha                   Waterpijp

Slide 6 - Slide

Waarom roken mensen?
Geestelijk afhankelijk: behoefte aan nicotine

Gewenning: steeds meer nicotine nodig voor een prettig gevoel

Lichamelijk afhankelijk: ontwenningsverschijnselen bij niet roken

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Cannabis
THC = bewustzijn veranderend (net als alcohol).
CBD = niet bewustzijn veranderend, maar beïnvloed THC wel. 

Cannabis maakt je stoned (lui, ontspannen) of high (energiek, vrolijk). 

Lichamelijke effecten.
Geestelijke effecten.

Joint roken = 5x zoveel teer als een sigaret.


Slide 9 - Slide

Plaats de begrippen op de juiste plek in de zinnen. 

                                           is de stof in sigaretten die ervoor zorgt dat mensen verslaafd raken aan roken. 

                                           in tabaksrook beschadigt de binnenkant van de luchtwegen. 

Als je                                            inademt, wordt het opgenomen in je bloed. Daardoor is er in het bloed minder plaats voor zuurstof. 
Koolstofmonoxide
Nicotine
Teer

Slide 10 - Drag question

Plaats de begrippen op de juiste plek in de zinnen. 

Roken is een verslaving. Als je af en toe een sigaret rookt, ontstaat al snel een behoefte aan nicotine. Je gaat dan steeds sterker naar een sigaret verlangen: je bent                                         . Een roker heeft steeds meer nicotine nodig om zich prettiger te voelen. Dit noem je                                         . Vervolgens wordt het steed moeilijker om te stoppen. Het lichaam begint als het ware te protesteren als er niet wordt gerookt. Dit noem je ontwenningsverschijnselen. Je bent dan                                              - ofwel verslaafd.   
Geestelijk afhankelijk
Gewenning
Lichamelijk afhankelijk

Slide 11 - Drag question

Combineer de begrippen in het linkerrijtje met de begrippen in het rechterrijtje. 
Onjuist
16.9% THC en 0.3% CBD
Lui, ontspannen
Juist
20.8% THC en 8.4% CBD
Energiek, vrolijk
Stoned
Wiet
Blowen is schadelijker dan roken
Hasj
High
Cannabis is niet verslavend

Slide 12 - Drag question

Afsluiting
Leerdoelen
  • Je kent de mogelijke gevolgen van verslaving aan roken en blowen
  • Je kunt de bouw en werkingen van de stembanden beschrijven
Ga verder met 1.7 uit het digiboek. Maak opdr 1 t/m 4

Slide 13 - Slide