Cursus 2.3

Herhaling cursus 2.1 en 2.2
1 / 14
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Herhaling cursus 2.1 en 2.2

Slide 1 - Slide

Kolonialisme
plantages
WIC
driehoekshandel
slavernij
aboltionisme
Als landen heersen over andere landen om hier geld aan te verdienen
Groot landbouwbedrijf waar één bepaald product wordt verbouwd.
Als mensen geen vrijheid hebben en het eigendom zijn van iemand anders.
Handel over de wereld tussen Afrika, Amerika en Europa,
West Indische Compagnie

Slide 2 - Drag question

Wat is het verschil tussen weer en klimaat?

Slide 3 - Open question

Benoem de 5 klimaatgebieden

Slide 4 - Open question

Benoem de 5 plantenzones

Slide 5 - Open question

Wat willen abolitionisten?

Slide 6 - Open question

Kies de juiste volgorde van de driehoekhandel.
A
West-Europa > Zuid-Amerika > West-Afrika
B
West-Europa > West-Afrika > Zuid-Amerika
C
West-Afrika > Zuid-Amerika > West-Europa
D
Zuid-Amerika > West-Afrika > West-Europa

Slide 7 - Quiz

Welke producten groeiden op de plantages in Amerika en namen de Europeanen mee naar huis? Benoem er minsten 4

Slide 8 - Open question

Hoofdstuk 2: Wonen en werken in één wereld
2.3 Een wereldeconomie
Leerdoelen
  • Je weet wat de betrouwbaarheid van een bron is.
  • Je weet wat tabellen en diagrammen zijn en je kunt hieruit informatie aflezen.
  • Je weet wat wereldhandel is.
  • Je weet wat kapitalisme is


Slide 9 - Slide

Cursus 2.3
Een wereldeconomie.

Slide 10 - Slide

Kapitalisme
  • Winst maken
  • Investeren
  • Kapitalisten

Slide 11 - Slide

Aandelen
  • Om handelsreizen te kunnen maken had de VOC:
- Veel geld nodig!

VOC gaf aandelen uit:
- Iedereen kon een aandeel kopen (een stuk).
- Je kreeg een deel van de winst.
> Op die manier kon VOC handelsreizen organiseren.

Slide 12 - Slide

Tabellen en diagrammen
Bekijk tabel 14
76 schepen vertrokken. 44 terug. Hoeveel procent is terug gekomen?
76:100=0,76 dan 44 : 0,76 = % teruggekeerde schepen.

Slide 13 - Slide

betrouwbaarheid van bronnen.

Slide 14 - Slide