Afl. 17: Verjaardag - De Nederlandse Taalshow Televisie

De Nederlandse Taalshow Televisie - Aflevering 17
 Verjaardag
kijken & luisteren, foto's maken / woorden of zinnen schrijven / quiz
1 / 35
next
Slide 1: Slide
ANT2Alfabetisering NT2+1Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 2,3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

De Nederlandse Taalshow Televisie - Aflevering 17
 Verjaardag
kijken & luisteren, foto's maken / woorden of zinnen schrijven / quiz

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Doelen
  • Ik leer woorden over feest.
  • Ik leer praten over feest.

  • Ik kan een eenvoudige verjaardagskaart schrijven.
  • Ik kan samenwerken en een feestmiddag organiseren.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions


de slinger

de slingers
A
B
C
D

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions


de feesthoed

de feesthoeden
A
B
C
D

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions


de feesttoeter

de feesttoeters
A
B
C
D

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions


de ballon

de ballonnen
A
B
C
D

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions


het cadeau

de cadeaus
A
B
C
D

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions


de confetti
A
B
C
D

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions


de kaart

de kaarten
A
B
C
D

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions


de taart

de taarten
A
B
C
D

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions


de verjaardagskaars

de verjaardagskaarsen
A
B
C
D

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions


het boeket

de boeketten
A
B
C
D

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions


het spel

de spellen
A
B
C
D

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions


de vaas

de vazen
A
B
C
D

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions


dansen
A
B
C
D

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions


geven
A
B
C
D

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions


krijgen
A
B
C
D

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions


gefeliciteerd
A
B
C
D

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions


zingen
A
B
C
D

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions


feesten
A
B
C
D

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions


muziek maken
A
B
C
D

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions


(kaarsen) uitblazen
A
B
C
D

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions


schrijven
A
B
C
D

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions


drinken
A
B
C
D

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions


opruimen / schoonmaken
A
B
C
D

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions


eten
A
B
C
D

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

1

Slide 27 - Video

This item has no instructions

00:28
Welke woorden ken jij al die horen bij verjaardag? 

Verstuur 5 woorden over jarig zijn. Meer mag altijd.

Denk aan de woorden die je net hebt geoefend.

Slide 28 - Mind map

This item has no instructions

de verjaardagskaart
Hallo ... ,

Gefeliciteerd met je verjaardag!
Vandaag kan ik je niet bezoeken. Zaterdag kom ik graag naar je toe om het te vieren en taart bij je eten. Hoe laat kan ik komen?

Groeten, ...


Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Aan wie? (naam ontvanger),

Je bericht (wat je wilt zeggen).
___________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________

Van wie? (jouw naam)







Aan wie? (naam ontvanger)
Straat + huisnummer
Postcode + Plaats

Slide 30 - Slide

Zet met het oogje de slide aan die je nodig hebt voor de instructie.


  In het kaartje schrijf je:
  Aan wie? (naam ontvanger),

  Je bericht (wat je wilt zeggen).
____________________________________________________________________________________________________________________
  
  Van wie? (jouw naam)








  Op de envelop schrijf je:
  Aan wie? (naam ontvanger)
  Straat + huisnummer
  Postcode + Plaats

De dubbele kaart

Slide 31 - Slide

Zet met het oogje de slide aan die je nodig hebt voor de instructie.
Conchita was dus jarig. Schrijf (hier) een verjaardagskaartje voor Conchita.
De volgorde van boven naar beneden.
1. Aan wie stuur je de kaart? Wat schrijf je dan?
2. Wat je wilt zeggen/vragen. Schrijf het op.
3. Van wie komt de kaart? Wat schijf je dan?
Let op, schrijf zinnen met hoofdletters en leestekens.

Slide 32 - Open question

This item has no instructions

Hoe leuk is deze les van
De Nederlandse Taalshow Televisie?
A
B
C
D

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Wat heb je geleerd?

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Hier kun je vragen stellen.
Heb jij een vraag?

Slide 35 - Open question

This item has no instructions

More lessons like this