5.3 Versneld / eenparig / vertraagd

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 2

5.3 Versneld – eenparig – vertraagd

Planning

Planning en leerdoelen bespreken.

Herhalen vorige keer.

Versnelde beweging.

Eenparige beweging.

Vertraagde beweging. 

Zelfstandig werken.

Leerdoelen

• Je kunt uitleggen wat er gebeurt met de snelheid bij eenparige, versnelde en vertraagde beweging.
• Je kunt de snelheid op elk moment van de beweging berekenen bij een eenparige beweging.
• Je kunt het afstand-tijddiagram van een eenparige, versnelde en vertraagde beweging herkennen en aflezen.

Henk Angenent won de Elfstedentocht van 1997. Hij schaatste gemiddeld 29,5 km/h voor 6,75 uur lang.
Wat is de afstand van de Elfstedentocht van 1997?

Natuurkundigen verdelen bewegingen in verschillende soorten. Daarbij kijken ze vooral naar de snelheid: 

wordt de snelheid steeds groter, 

blijft ze de hele tijd gelijk of 

neemt ze steeds verder af?

De versnelde beweging

De versnelde beweging is een beweging waarvan de snelheid steeds groter wordt. 

Voorbeeld: een auto die begint met rijden nadat deze stilstond bij een stoplicht

De eenparige beweging

De eenparige beweging is een beweging waarbij de snelheid steeds gelijk blijft.

Voorbeeld: een auto die op de snelweg constant 100 km/h rijdt (op cruise control)

De eenparige beweging wordt ook wel de constante beweging genoemd

De vertraagde beweging

De vertraagde beweging is een beweging waarbij de snelheid steeds omlaag gaat.

Voorbeeld: een auto die remt voor een stoplicht dat op rood staat

Zelfstandig werken

Wat?  5.3, opdr 1 t/m 12, BLZ 28 t/m 36

Hoe?  Je mag na 5 minuten zachtjes overleggen in je groep

Hulp? Kijk in je boek, vraag binnen je groep, steek dan je vinger op. 

Tijd? 15 minuten. 

Uitkomst?

• Je kunt uitleggen wat er gebeurt met de snelheid bij eenparige, versnelde en vertraagde beweging.
  
• Je kunt de snelheid op elk moment van de beweging berekenen bij een eenparige beweging.
  
• Je kunt het afstand-tijddiagram van een eenparige, versnelde en vertraagde beweging herkennen en aflezen.

Klaar?  Nakijken. 

Een auto rijdt weg bij een verkeerslicht.
Wat voor beweging is dit?

1. een eenparige beweging
2. een versnelde beweging
3. een vertraagde beweging

Je moet op de fiets afremmen, omdat de spoorbomen dichtgaan.
Wat voor beweging is dit?

1. een eenparige beweging
2. een versnelde beweging
3. een vertraagde beweging

Een marathonloper rent met een constante snelheid.
Wat voor beweging is dit?

1. een eenparige beweging
2. een versnelde beweging
3. een vertraagde beweging

Bij welke beweging hoort deze grafiek?

1. een eenparige beweging
2. een versnelde beweging
3. een vertraagde beweging

Bij welke beweging hoort deze grafiek?

1. een eenparige beweging
2. een versnelde beweging
3. een vertraagde beweging

Bij welke beweging hoort deze grafiek?

1. een eenparige beweging
2. een versnelde beweging
3. een vertraagde beweging

HUISWERK

Paragraaf 5.3, opdracht 1 t/m 12, blz 27 t/m 34