Woordvolgorde

Woordvolgorde
in Engelse zinnen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Woordvolgorde
in Engelse zinnen

Slide 1 - Slide

Woordvolgorde
In deze Lesson-up wordt uitgelegd hoe de woordvolgorde is in Engelse zinnen. 
Nadat de uitleg is geweest zijn er een paar oefenvragen zodat je kunt controleren of je het snapt.

Slide 2 - Slide

Woordvolgorde
Engelse zinnen hebben een vaste volgorde.
WIE
DOET
WAT
WAAR
WANNEER
John
plays
football
in the park
on Wednesday.

Slide 3 - Slide

Woordvolgorde
Je krijgt nu een aantal vragen om te controleren of je de woordvolgorde kan toepassen.

In de oefening ga je deze volgorde aanhouden:

wie - doet - wat - waar - wanneer

Slide 4 - Slide

Zet onderstaande woorden in de juiste volgorde.
Billy
went
next door
5 minutes ago

Slide 5 - Drag question

Zet onderstaande woorden in de juiste volgorde.
cats
at night
don't sleep

Slide 6 - Drag question

Zet onderstaande woorden in de juiste volgorde.
in the garden
are playing
the children
hide and seek

Slide 7 - Drag question

Zet onderstaande woorden in de juiste volgorde.
the
our tests
is going
to check
teacher
at home
tonight

Slide 8 - Drag question

Woordvolgorde
Hopelijk ging dit goed.

Nu gaan we het hebben over woorden die aangeven hoevaak iets gebeurt.
Dit zijn woorden zoals: altijd, nooit, vaak, zelden enz.

Slide 9 - Slide

Woordvolgorde
Woorden zoals:




staan altijd voor het werkwoord in de zin, maar na am, is, are of was, were.
always
usually
sometimes
never
often
altijd
meestal / gewoonlijk
soms
nooit
vaak
I sometimes shop online.
John is never on time.

Slide 10 - Slide

Zet onderstaande woorden in de juiste volgorde.
usually
I
go shopping
on Saturdays

Slide 11 - Drag question

Zet onderstaande woorden in de juiste volgorde.
a shower
Bob
always 
takes
in the morning

Slide 12 - Drag question

Zet onderstaande woorden in de juiste volgorde.
on time
She
is
never
for class
on Friday

Slide 13 - Drag question

Zet onderstaande woorden in de juiste volgorde.
always
goes
it's
when
john
outside
raining
on
Mondays

Slide 14 - Drag question

Woordvolgorde
Als het goed is begrijp je nu hoe de volgorde van Engelse zinnen gaat.

kort samengevat:
WIE     DOET     WAT     WAAR     WANNEER

Woorden zoals alway, usually, never enz. die komen voor het werkwoord,
maar na: am, is, are, was, were

Slide 15 - Slide

Ik snap de woordvolgorde in Engelse zinnen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll