This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Hoe ging de toets?
Slide 1 - Open question
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Hoofdstuk 4
Een eigen onderneming
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Vergunningen
Omgevingsvergunning;
Horecavergunning;
Marktvergunning en uitstalvergunning;
Vergunning v.wb. de winkeltijden.
Slide 6 - Slide
Marktonderzoek
Het marktonderzoek moet antwoord geven op vragen als: wie zijn je toekomstige klanten, wat
willen de klanten, hoe staat het met de concurrentie.
Slide 7 - Slide
Wat is het verschil tussen desk- en fieldresearch?
Slide 8 - Open question
Wat is/zijn geen voorbeeld(en) van Fieldresearch?
A
Googelen
B
Enquête
C
Interview
D
Flyer lezen
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Slide
Investeringsbegroting
Financieringsbegroting
Resultatenbegroting
Begroting van welke middelen een bedrijf nodig heeft.
Hoe kom ik aan mijn geld.
Wat zijn mijn verwachte opbrengsten en kosten.
Slide 11 - Drag question
Slide 12 - Slide
Ondernemingsvormen
Slide 13 - Slide
Geef hieronder aan welke WEL een ondernemingsvorm zijn?
A
Eenmanszaak
B
Vennootschap onder firma (VOF)
C
Besloten Venootschap (BV)
D
Naamloze Vennootschap (NV)
Slide 14 - Quiz
Eigenaren betalen dividendbelasting.
Eigenaren betalen inkomstenbelasting.
Eigenaren betalen geen belasting.
Eenmanszaak
VOF
BV
NV
Slide 15 - Drag question
Stel je bent eigenaar van een bedrijf, bij welke ondernemingsvorm(en) kan je je huis kwijtraken?
A
Eenmanszaak
B
VOF
C
BV
D
NV
Slide 16 - Quiz
Wat gaan we nu doen?
Tijd: tot 14:40
Kies je eigen opgaven uit.
Slide 17 - Slide
https:
Slide 18 - Link
Hoe ziet de planning eruit na de vakantie?
Slide 19 - Slide
Les 2
Herhaling Hoofdstuk 5
Slide 20 - Slide
Wat is afzet?
A
Opbrengsten
B
Kosten
C
Verkoopprijs
D
Aantal verkochte goederen
Slide 21 - Quiz
Ik koop een auto van 30.000 euro. De auto heeft een levensduur van 10 jaar. Over 10 jaar kan ik de auto nog voor 12.500 euro verkopen. Hoeveel is mijn afschrijving per jaar?
A
1.750 euro
B
1.250 euro
C
12.500 euro
D
17.500 euro
Slide 22 - Quiz
Omzet excl btw 125.000 euro Inkoopprijs excl btw 60.000 euro Bedrijfskosten excl btw 12.500 euro
A
12,5%
B
30%
C
45%
D
75%
Slide 23 - Quiz
Een supermarkt is onderdeel van een...
A
Direct distributiekanaal
B
Indirect distributiekanaal
Slide 24 - Quiz
Over een bedrijf is het volgende bekend: BTW over ingekochte goederen 20.000 euro BTW over verkochte goederen 100.000 euro BTW over bedrijfskosten 15.000 euro Hoeveel BTW moet het bedrijf betalen?