Kloktijden

• Frans
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Tijden en dagen

Pak tekst F voor je. 

Markeer de dagen van de week en de openingstijden. 

Jours de la semaine

Vanochtend, vanmiddag en vanavond

Aantekeningen: kloktijden

- Teken een klok en noteer de aantekeningen. 

Quelle heure est-il?

Hoe laat is het?

Wat valt je op?

Het is 3 uur. -->   Il est 3 heures.

het is één uur

het is twee uur

het is drie uur

...

het is twaalf uur ('s middags)

het is twaalf uur 's nachts/ middernacht

il est une heure

il est deux heures 

il est trois heures

...

il est midi

il est minuit

2 uur

deux heures

2.15 u.

deux heures

et quart

2.30 u.

deux heures

et demie

!!!

1.45 u.

deux heures

moins le quart

Quelle heure est-il?
Il est...

Quelles heure est-il?
Il est...

Quelle heure est-il?
Il est...

Attention!

kwart over --> et quart

kwart voor --> moins le quart

Quelle heure-est il?
Il est...

Quelle heure est-il?
Il est...

Quelle heure est-il?
Il est...

Quelle heure est-il?
Il est...

Nog één dingetje

-

2.05: deux heures cinq

2.10: deux heures dix

2.15: deux heures et quart

2.20: deux heures vingt

2.25: deux heures vingt-cinq

De linker helft:

1.55: deux heures moins cinq

1.50: deux heures moins dix

1:45: deux heures moins le quart

1.40: deux heures moins vingt

1.35: deux heures moins vingt-cinq

Tot slot:

's middags --> midi

half één 's middags/ 12.30 u. --> midi et demi (!!!)

's nachts --> minuit

half één 's nachts/ 00.30 --> minuit et demi (!!!)

Devoirs: jeudi 1ère heure

l: aant kloktijden en belangrijke voca

m: blz 108 oef 24c, 24d, 25a, 25b, 25c 

l: voca F alleen F-N, oefenen, leren en overhoren.