Hartfalen: Symptomen en Decompensatie

Hartfalen: Symptomen en Decompensatie
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hartfalen: Symptomen en Decompensatie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het eind van de les kunnen jullie de symptomen van hartfalen benoemen en het verschil uitleggen tussen linksdecompensatie en rechtdecompensatie.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over hartfalen?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Slide 1: Wat is hartfalen?
Hartfalen is een aandoening waarbij het hart niet goed in staat is om voldoende bloed naar de rest van het lichaam te pompen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 2: Symptomen van hartfalen
Vermoeidheid, kortademigheid, vochtretentie, hartkloppingen, en zwelling in de benen en enkels.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 3: Symptomen bespreken
Laten we de symptomen van hartfalen bespreken en kijken welke jullie al kennen.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 4: Linksdecompensatie
Bij linksdecompensatie kan het hart niet voldoende bloed naar de rest van het lichaam pompen, wat leidt tot symptomen zoals kortademigheid en vermoeidheid.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 5: Rechtdecompensatie
Bij rechtdecompensatie kan het hart niet voldoende bloed uit de rechterkant van het hart pompen, wat leidt tot symptomen zoals vochtretentie en zwelling in de benen en enkels.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 6: Verschil tussen linksdecompensatie en rechtdecompensatie
Het belangrijkste verschil tussen linksdecompensatie en rechtdecompensatie is de kant van het hart die het meest is aangetast en de specifieke symptomen die optreden.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 7: Oefening
Laten we een oefening doen om de symptomen van hartfalen, linksdecompensatie en rechtdecompensatie te onderscheiden.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Hartfalen links
Hartfalen rechts
Hartfalen rechts
Hartfalen rechts
Hartfalen rechts
Hartfalen links
Hartfalen links
Hartfalen links

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

Slide 8: Behandeling van hartfalen
Behandeling van hartfalen omvat medicatie, dieetveranderingen, lichaamsbeweging en indien nodig medische procedures.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 9: Complicaties van hartfalen
Complicaties van hartfalen kunnen zijn: hartritmestoornissen, longoedeem en nierproblemen.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 10: Casusbespreking
Laten we een casus bespreken waarbij de symptomen van hartfalen, linksdecompensatie of rechtdecompensatie aanwezig zijn.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
In een groep van 3/4 studenten uitleggen:
* uitleggen de verschillende typen hartfalen
* oorzaken van hartfalen uitleggen
* Casus mevr. van Dijck uit Thiemen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 11: Diagnostische tests
Diagnostische tests voor hartfalen omvatten een elektrocardiogram (ECG), echocardiogram en bloedonderzoek.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 12: Verpleegkundige interventies
Verpleegkundige interventies bij hartfalen omvatten het monitoren van vitale functies, het verstrekken van medicatie en het bevorderen van zelfzorg.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 13: Samenvatting
Laten we kort samenvatten wat we vandaag hebben geleerd over hartfalen, de symptomen en het verschil tussen linksdecompensatie en rechtdecompensatie.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 14: Vragen en discussie
Hebben jullie nog vragen over hartfalen, de symptomen of decompensatie? Laten we hierover discussiëren.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 20 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 21 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 22 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.