H4.8 afronden

H4.8 afronden
  • Geheugen opfrissen (Samenstelling, vd, vd als bn)
  • Voltooid deelwoord
  • Aan de slag
  • (Huiswerk controle)
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H4.8 afronden
  • Geheugen opfrissen (Samenstelling, vd, vd als bn)
  • Voltooid deelwoord
  • Aan de slag
  • (Huiswerk controle)

Slide 1 - Slide

Zwakke werkwoorden= veranderen niet van klank in de verledentijd 
+
 gebruik 't kofschip x om het werkwoord juist te spellen in de vt

Slide 2 - Slide

berusten wordt in de v.t. berustten  (geen klankverandering, dus zwak ww)



Gebruik 't kofschip x 
stap 1: stam = berust (ik berust)
Stap 2: kijk naar 't kofschip x   (t staat erin)
Stap 3: berustten

Slide 3 - Slide

De meisjes .......... (kleden) zich precies hetzelfde. (vt van kleden?)

Slide 4 - Open question

Sterke werkwoorden=
 veranderen in de v.t. van klank 

vb: lopen wordt liepen
zwemmen wordt zwommen

Slide 5 - Slide

De meisjes kleedden zich precies hetzelfde.
stam= kleed
d= staat NIET in 't kofschip
mv of ev= meisjes is mv, dus +n
kleedden

Slide 6 - Slide

Ik laat een afbeelding zien en jij typt de samenstelling die jij ziet

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Welke samenstelling zag jij?

Slide 9 - Open question

Samenstelling
= maak je van twee of meer woorden. Soms moet je tussen de woorden een extra letter zetten: een tussen -s of tussen -n

  • Tussen -s schrijf je als je die hoort: meningsverschil, stationsplein, lamswol

Slide 10 - Slide

Tussen -n
Gebruik je als het eerste deel van de samenstelling een zn is en het meervoud van het zn alleen op -en eindigt. 
vb:
eik + boom= eikenboom (eik is een zn en mv ervan is eiken)
kip + hok= kippenhok 

Slide 11 - Slide

Geen tussen -n
  • Eerste deel van de samenstelling is geen zn
  • ;of meervoudsvorm eindigt niet op -n 
  • ;of zn heeft meerdere of geen meervoudsvormen
groente + boer= groenteboer (mv zowel met -n als -s)
plat + land= platteland (plat is geen zn maar bn)
tarwe + brood= tarwebrood (tarwe heeft geen meervoud)
asperge + soep= aspergesoep (asperge eindigt op -s in het mv)

Slide 12 - Slide

Maak van het werkwoord 'stressen' een bijvoeglijk naamwoord op de puntjes in deze zin:

De ...... kinderen moeten veel leren voor de toetsenweek.

Slide 13 - Open question

Maak van de twee woordjes één woord: Spin + web

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Video

Voltooid deelwoord
Hoe herken je het?
  1. Het is een werkwoord en staat altijd met nog een werkwoord in de zin.
(Deze andere werkwoord is altijd een vorm van één van de hulpwerkwoorden: hebben, zijn of worden)

Hij heeft zijn koffers gepakt.
Zijn koffers zijn gepakt.
Zijn koffers worden gepakt.

Slide 16 - Slide

Voltooid deelwoord
Hoe herken je het?
2. Het voltooid deelwoord begint vaak met ge-

Pakken - gepakt
Rennen - gerend
Lopen - gelopen

Slide 17 - Slide

Let op!!!
Begint het werkwoord met de voorvoegsels:
  • Ge-
  • Be-
  • Ont-
  • Ver-
  • Er-
  • Her-
Dan komt er NIET nog een ge- ervoor.

Slide 18 - Slide

Ik heb mijn pen in mijn tas ....... (vinden)
Het voltooid deelwoord van vinden is ...

Slide 19 - Open question

Aan de slag
Maken:
H4.8
Basis: Opdracht 10-1 + 11 + Versterk Jezelf + Test Jezelf
Kader: Opdracht 10 + 13 + Versterk Jezelf + Test Jezelf
GL: Opdracht 12 + Versterk jezelf + Test Jezelf
Klaar?
 GL: Opdracht 1, 3 t/m 10     Kader: Opdracht 1, 3 t/m 10

Slide 20 - Slide

Waar moet je advertentie aan voldoen?
  • Alle genoemde onderdelen van zojuist moeten in je advertentie staan, staan ook in het beoordelingsmodel. 
  • In Word gemaakt
  • Gaat over één van deze producten (prijzen en beschrijvingen zelf bedenken):
    - Flesje Spa blauw 
    - EK tickets voor wedstrijd van het Nederlandse elftal  
    - Abonnement nemen bij een sportschool. Bedenk zelf welke sportschool.
  • Maak het zo aantrekkelijk als je wil qua prijzen, slagzinnen etc. 

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Morgen
Je zorgt ervoor dat 4.8 af is!

Neem jullie schriften mee!

We gaan aantekeningen maken over wat er precies geleerd moet worden.
We gaan ook oefenen!

Slide 23 - Slide