H2.3 en 2.4

Planning
Herhaling 2.1 en 2.2
Uitleg 2.3 en 2.4
Opdrachten maken 2.3 en 2.4 
Oefentoets H2
1 / 30
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Planning
Herhaling 2.1 en 2.2
Uitleg 2.3 en 2.4
Opdrachten maken 2.3 en 2.4 
Oefentoets H2

Slide 1 - Slide

Waar ligt het Amazoneregenwoud?
A
Zuid-Amerika
B
Europa
C
Noord-Amerika
D
Oceanië

Slide 2 - Quiz

Wat is geen kenmerk van het tropisch regenwoud?
A
Biodiversiteit
B
Evenaar
C
Etages
D
Warm en vochtig

Slide 3 - Quiz

Waar wonen de meeste mensen in Australië?
A
Kustgebied
B
Outback

Slide 4 - Quiz

Waarom wonen ze daar?

Slide 5 - Open question

Wat ga je leren?
Wat de toendra voor landschap is
Welke soorten ijs er zijn
Hoe de hoogtegordels in een gebergte eruit zien

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

De noordpool ligt binnen 
de noordpoolcirkel: 
de breedtegraad van 66,5⁰ N.B.


Inuit wonen in kustgebied van Noordelijke IJszee

Slide 8 - Slide

Groenland


Grootste eiland op aarde
50x groter dan Nederland
In de kustgebieden wonen 60.000 inwoners. 
Binnenland bedekt met sneeuw en ijs

Slide 9 - Slide

Toendra


Bewoonde delen van Groenland
Ook 's zomers  minder dan 10⁰C
Grassen, mossen en lage struikjes
Geen bomen -> boomgrens 
-> isotherm  10 ⁰C

Slide 10 - Slide

Taiga
Canada en Rusland
's zomers meer dan 10⁰C
Naaldbossen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Toendra
Winter:                                                          Zomer:
Lange winters                                            Korte zomers
Sneeuw en ijs                                             Sneeuw en ijs smelten
9 maanden per jaar bevroren             Smeltwater kan niet in de 
bodem -> permafrost                             grond zakken + weinig                                                                                         verdamping = drassig 

Slide 13 - Slide

Soorten ijs
Hoe noordelijker je komt, hoe kouder het wordt. 
Er groeien planten, er ligt alleen maar sneeuw

De laag met eeuwige sneeuw wordt steeds dikker en samengeperst tot ijs = landijs

Bevroren zeewater = zee-ijs, pakijs of drijfijs

Slide 14 - Slide

Smeltend ijs
In de zomer smelt het ijs sneller
dan normaal door opwarming
van de aarde. 

Hierdoor is er een nieuwe 
zeeroute mogelijk naar Azië

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

De Alpen
Het grootste berggebied van Europa. 
Hooggebergte: gebied met bergen  
die hoger zijn dan 1.500 meter

Lage bevolkingsdichtheid
Hoog in de bergen: natuurlandschap
In de dalen: meer ingericht landschap

Slide 17 - Slide

Wat is de hoogste berg van de Alpen?

Slide 18 - Open question

Slide 19 - Slide

Wat is er op de achtergrond te zien?

Slide 20 - Open question

Vroeger:
Vee 's zomers naar de alpenweide

Tegenwoordig: 
Betere bereikbaarheid
Toerisme in de zomer én 
de zomer = dubbelseizoen

Slide 21 - Slide

Hoogtegordels
Zones van plantengroei in een gebergte

Eeuwige sneeuw

Toendra

Naaldbossen

Slide 22 - Slide

Hoe heet de grens tussen de naaldbossen en de eeuwige sneeuw?

Slide 23 - Open question

In welk gebied komen deze zones van plantengroei ook voor?
A
Natuurgebied
B
Tropen
C
Poolgebied
D
Kustgebied

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Aan het werk
Maken:
Opdrachten 2.3 en 2.4
timer
10:00

Slide 29 - Slide

Leren voor de toets
Begrippen
Leerdoelen
Opdrachten maken
Stel vragen

Slide 30 - Slide