Tegenstellingen

Warm
Koud
1 / 16
next
Slide 1: Slide
nedBasisschoolGroep 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Warm
Koud

Slide 1 - Slide

Tegenstelling
Twee woorden die precies het omgekeerde betekenen.

Slide 2 - Slide

Groot
Klein

Slide 3 - Slide

Dik
Dun

Slide 4 - Slide

Vies
Lekker

Slide 5 - Slide

Snel
Langzaam

Slide 6 - Slide

Wat is het tegenoverstelde van lang?
A
kort
B
groot
C
klein
D
dik

Slide 7 - Quiz

Wat is het tegenovergestelde van aan?
A
uit
B
dicht
C
open
D
toe

Slide 8 - Quiz

Wat is het tegenovergestelde van dicht?
A
gesloten
B
koud
C
open
D
vast

Slide 9 - Quiz

Wat is het tegenovergestelde van man?

Slide 10 - Open question

Wat is het tegenovergestelde van op tijd?

Slide 11 - Open question

Wat is het tegenovergestelde altijd?
A
vaak
B
nooit
C
soms
D
regelmatig

Slide 12 - Quiz

Wat is het tegenovergestelde van blij?
A
boos
B
bang
C
ziek
D
verdrietig

Slide 13 - Quiz

Wat is het tegenovergestelde van binnen?

Slide 14 - Open question

Wat is het tegenovergestelde van groot?

Slide 15 - Open question

Wat is het tegenovergestelde van warm?

Slide 16 - Open question