Wat probeert de EU te beschermen met protectiemaatregelen?
Slide 3 - Open question
Wat hoort bij vrijhandel?
A
Contingentering
B
Exportsubsidie
C
Importheffing
D
Geen belemmeringen
Slide 4 - Quiz
In de Europese Unie (EU) is geen vrijhandel.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quiz
wat is GEEN voorbeeld van protectie?
A
contingentering
B
uitvoerrechten
C
exportsubsidie
D
invoerrechten
Slide 6 - Quiz
Wat gebeurt er met de prijs van een product als de producent exportsubsidie krijgt?
A
Wordt hoger.
B
Wordt lager.
Slide 7 - Quiz
Wat is contingentering?
Slide 8 - Open question
Wat zijn invoerrechten?
Slide 9 - Open question
Hoe beschermt de EU haar economie?
Slide 10 - Open question
7.4 De wereld is een dorp!
Ik kan uitleggen wat globalisering is.
Ik kan uitleggen waarom internationale handel steeds meer toeneemt
Ik kan aangeven welke gevolgen dit heeft voor de werkgelegenheid in de wereld en NL.
Ik kan uitleggen hoe Nederland zijn internationale concurrentiepositie kan behouden.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
Wat is globalisering volgens jou?
Slide 13 - Open question
Globalisering
Internationale arbeidsverdeling
Er is sprake van een toenemende wereldhandel (globalisering)
vrijhandel
technologische ontwikkelingen van communicatie en transport
Hierdoor ontstaat er internationale arbeidsverdeling
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Slide 16 - Slide
voordelen?
Slide 17 - Mind map
Globalisering
Voordelen
Meer keuze uit verschillende producten.
Goedkopere producten.
Betere kwaliteit.
Slide 18 - Slide
nadelen?
Slide 19 - Mind map
Globalisering
Nadelen
Productie verplaatst zich naar lagelonenlanden (bv China)
Ongelijke verdeling van de welvaart (omwille van concurrentiepositie)
Negatieve gevolgen voor het milieu (energie, grondstofdelving, ...)
Slide 20 - Slide
Hoe kan NL er dus voor zorgen dat wij een sterke internationale concurrentiepositie houden?
Slide 21 - Open question
Slide 22 - Video
Globalisering
Internationale concurrentiepositie?
Goede prijs/kwaliteit nastreven door:
goed onderwijs
goede infrastructuur
innovatie
goede gezondheidszorg
Slide 23 - Slide
Globalisering kan zorgen voor economische groei, maar ook voor werkloosheid. Daarover gaan de volgende zinnen.
1. Een bedrijf verhuist naar een lagelonenland om te produceren. 2. Het wordt voor bedrijven goedkoper om in een ander land te produceren. 3. Nederlandse fabrieksarbeiders verliezen hun baan.
Wat is de juiste volgorde?
A
Globalisering →
1 → 3 → 2 → werkloosheid
B
Globalisering →
2 → 1 → 3 → werkloosheid
C
Globalisering →
3 → 2 → 1 → werkloosheid
D
Globalisering →
2 → 3 → 1 → werkloosheid
Slide 24 - Quiz
Wat is géén voorbeeld van globalisering.
A
Via internet kun je over de hele wereld shoppen.
B
Ons rundvlees komt uit Argentinië.
C
Sommige mensen willen de euro afschaffen.
D
Steeds meer Nederlanders vinden een baan in China.
Slide 25 - Quiz
De volgende zinnen gaan over globalisering. Welke is juist?
A
Door globalisering wordt de handel met het buitenland steeds lastiger.
B
Internet heeft het proces van globalisering versneld.
C
Nu we te maken hebben met globalisering wordt de hele wereld een vrijhandelszone.
D
Steeds minder producten of ingrediënten komen uit het buitenland.
Slide 26 - Quiz
Ondanks de hoge lonen in ons land heeft het Nederlandse hightech bedrijf ASML een sterke internationale concurrentiepositie. welke twee gegevens hieronder geven hiervoor een verklaring?
A
ASML doet hoge investeringen in onderzoek en ontwikkeling.
B
De koers van de euro is hoog ten opzichte van andere valuta.
C
De vennootschapsbelasting in Nederland is hoger dan in het buitenland
D
Het personeel bij ASML is hoogopgeleid
Slide 27 - Quiz
Slide 28 - Slide
Vul de juiste woorden in.
Afspraken tussen een werknemer en een werkgever DOor de toenemende vrije wereldhandel is er sprake van . Het gevolg hiervan is dat de productie wordt verplaats naar landen die beter en ......................... produceren. Je noemt dat
arbeidsverderling. In ons land verdwijnt daardoor vooral arbeid.
globalisering
internationale
laaggeschoolde
goedkoper
Slide 29 - Drag question
Globalisering
daling van het inkomen
1
2
3
Slide 30 - Drag question
Slide 31 - Open question
Hoe kan Nederland de sterke internationale concurrentiepostitie behouden:
door goede kwaliteit goederen en diensten te leveren tegen een aantrekkelijke prijs.