Les 4 Flex introductie H3

FLEX-uur
Les 1
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with text slides.

Items in this lesson

FLEX-uur
Les 1

Slide 1 - Slide

H3 Ordening

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Gooi je etui leeg op tafel
Ga de spullen uit je etui ordenen 
Welke spullen leg je bij elkaar? en waarom 

Slide 4 - Slide

Zeven rijken
Eukaryoten
Prokaryoten

Slide 5 - Slide

Steeds kleinere groepen
Rijke (1) 
Spanjaarden (2) 
Krijgen (3) 
Op (4)
 Familiefeesten (5) 
Grote (6) 
Steaks (7)

Slide 6 - Slide

Indeling van dieren : blz. 186 (topklas blz. 191)

Slide 7 - Slide

Indeling van dieren
  1. Sponsen
  2. Neteldieren
  3. Weekdieren
  4. Stekelhuidigen
  5. Geleedpotigen 
  6. Gewervelden
  7. vogels
  8. wormen 

Slide 8 - Slide

Opdracht 
Ordening begrippen kwartet 

Slide 9 - Slide

FLEX-uur
Les 1

Slide 10 - Slide

kenmerken
Symmetrie
Voorwerpen (of dieren) die
je in twee gelijke helften kunt
verdelen.

  • Tweezijdig symmetrisch
  • Veelzijdig symmetrisch
  • Niet symmetrisch

Slide 11 - Slide

Kenmerk: Symmetrie

  • Niet symmetrisch
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Veelzijdig symmetrisch

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide


1 tweezijdig symmetrisch 
2 niet symmetrisch 
3 tweezijdig symmetrisch 
4 Veelzijdig symmetrisch 
5 tweezijdig symmetrisch 
6 niet symmetrisch
7 tweezijdig symmetrisch 
8 veelzijdig symmetrisch 
9 tweezijdig symmetrisch 
10 tweezijdig symmetrisch 
11 tweezijdig symmetrisch 
12 tweezijdig symmetrisch 
13 veelzijdig symmetrisch 
14 Veelzijdig symmetrisch
15 tweezijdig symmetrisch  

Slide 14 - Slide

FLEX-uur
Les 1

Slide 15 - Slide

Indeling van dieren
  1. Sponsen
  2. Neteldieren
  3. Weekdieren
  4. Stekelhuidigen
  5. Geleedpotigen 
  6. Gewervelden
  7. Wormen 

Slide 16 - Slide

Gewervelden

klassen
  • Vissen
  • Amfibieën
  • Reptielen
  • Vogels
  • Zoogdieren 


Slide 17 - Slide

Gewervelden onderscheiden
Vijf kenmerken om de vijf klassen gewervelden te onderscheiden:

1:  De huid (bedekt met slijm, schubben, veren of haren)
2: Lichaamstemperatuur (warmbloedig of koudbloedig)
3: Ademhalingsorganen (longen, kieuwen of beide)
4: De manier van voortplanten (eieren zonder schaal, kalkachtige schaal, leerachtige schaal of levendbarend)
5: Leefomgeving van de dieren (In het water of op het land)

Slide 18 - Slide

1. Gewervelde: Amfibie 
2 Gewervelde: Zoogdier 
3 Gewervelde: Reptiel
4 Gewervelde: Vogel 
5 Ongewervelde 
6 Gewervelde: Zoogdier 
7 Gewervelde: Reptiel 
8 Gewervelde: Vis 
9 Gewervelde: Reptiel 
10 Gewervelde: Amfibie 
11 Gewervelde: Reptiel 
12 Ongewervelde 
13 Gewervelde: Zoogdier duimhoog.gif
14 Gewervelde: Reptiel duimhoog.gif
15 Gewervelde: Zoogdier 

Slide 19 - Slide

FLEX-uur
Les 1

Slide 20 - Slide

Geleedpotigen
Domein: eukaryoten
Rijk: dieren
Stam: geleedpotigen
Klasse: insecten, spinnen, 
kreeftachtigen en duizendpoten.

Slide 21 - Slide

geleedpotigen
indelen op basis van de volgende kenmerken;
  • aantal poten

Slide 22 - Slide

klasse: insecten.

aantal poten: 6 poten
aantal segmenten: 3

Slide 23 - Slide

Veelpotigen

Slide 24 - Slide

Kreeftachtigen

Slide 25 - Slide

Spinachtigen

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide


1. Kever Insecten
2. Krab Kreeftachtigen 
3. Miljoenpoot Duizendpoten 
4. Kreeft Kreeftachtigen 
5. Mug Insecten 
6. Vogelmijt Spinachtigen 
7. Pissebed Kreeftachtigen 
8. Vlinder Insecten 
9. Regenworm Geen geleedpotige 
10. Hooiwagen Spinachtigen 
11. Teek Spinachtigen 
12. Watervlo Kreeftachtigen 
13. Vogelspin Spinachtigen 
14. Garnaal Kreeftachtigen 
15. Schorpioen Spinachtigen

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide