Les 4. Klimaten

1A 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

1A 

Slide 1 - Slide

Boek 2 Voedsel
Blok 1: Op zoek naar voedsel
Les 4.
   Klimaten

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen?
  1. Leerdoelen (dia 4 )
  2. Voorkennis activeren (dia 5)
  3. Uitleg (dia 6-15)
  4. Aan de slag (dia 16)
  5. Afsluiten (laatste 5 minuten)

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
  • We kunnen uitleggen waarom het warm is bij de evenaar en koud bij de polen.

  • We kunnen de volgorde van de klimaten noemen van de evenaar tot aan de Noordpool.

  • We kennen de belangrijkste kenmerken van ieder klimaat.

  • We kunnen vier factoren opnoemen die van invloed zijn op de plantengroei.

Slide 4 - Slide

Weer
Voorkennis
Klimaat

Slide 5 - Slide

Uitleg
Er zijn verschillende klimaten op aarde.

Het klimaat
Het gemiddelde weer in een gebied gemeten over een langere periode.
B

Slide 6 - Slide

Uitleg
Hoe ontstaan die klimaten?
Dit komt door de invalshoek van de zonnestralen.
Evenaar
Langs de evenaar vallen de zonnestralen recht op het aardoppervlak. De zon staat daar dus hoog in de lucht, waardoor het warm is.
De polen
Op de Noordpool en de Zuidpool vallen de zonnestralen schuin op het aardoppervlak. De zon staat daar dus laag in de lucht, waardoor het koud is.

Slide 7 - Slide

Uitleg
Van evenaar tot pool
Het tropisch regenwoud
Bos in de buurt van de evenaar waar het warm is en waar veel neerslag valt. Bomen en planten zijn er het hele jaar groen.
B
De savanne
Warm gebied met een lange regentijd waar veel hoog gras groeit met struiken en hier en daar een boom.
B

Slide 8 - Slide

Uitleg
Van evenaar tot pool
De steppe
Warm gebied met een korte regentijd waar alleen gras groeit.
B
De woestijn
Warm gebied waar vrijwel geen neerslag valt en waar niets groeit.
B

Slide 9 - Slide

Uitleg
Van evenaar tot pool
Het loofbos
Bos waar de bomen en struiken in de warme maanden groeien en in de koude maanden hun bladeren verliezen.
B
Het naaldbos
Bos waar de bomen hun naalden (bladeren) vasthouden.
B
Het gematigd gebied
Gebied met weinig temperatuurverschillen. In de winter is het niet te koud en in de zomer niet te warm.
B
Het landklimaat
Lijkt op het gematigd gebied, maar dan extremer. De winters zijn kouder en de zomers zijn warmer.

Slide 10 - Slide

Uitleg
Van evenaar tot pool
De toendra
Koud gebied waar de temperatuur niet hoger komt dan een paar graden boven nul. Er groeien alleen grassen en mossen.
B
Poolgebied
Koud gebied waar het heel het jaar vriest. Er kunnen geen planten groeien en er is weinig leven mogelijk.

Slide 11 - Slide

Uitleg
Welk klimaat is dit?
Het antwoord
Een steppe klimaat. Er groeit gras, maar vrijwel geen bomen.

Slide 12 - Slide

Uitleg
Welk klimaat is dit?
Het antwoord
Een toendra klimaat. Er groeit gras en mos. 

Slide 13 - Slide

Uitleg
Welk klimaat is dit?
Het antwoord
Een land klimaat. Er groeien alleen naaldbomen.

Slide 14 - Slide

Uitleg
Of planten en bomen  in een bepaald gebied kunnen groeien hangt af van:
Water
Zonder water kunnen veel planten en bomen niet groeien.
De temperatuur
Sommige planten groeien beter bij hoge of lage temperaturen.
Voedingsstoffen
Planten en bomen hebben voedingsstoffen uit de grond nodig om te groeien.
(Zon)licht
Planten en bomen hebben zonlicht nodig om te groeien.

Slide 15 - Slide

Aan de slag
Maak: 
Blok 1: opdracht 10 en 11 (vorige les).
Blok 1: opdracht 12, 13, 14, 15 en 16.

Hoe: 
10 minuten geen vragen stellen aan de docent.

Hulp:
Lessonup, boek, buur, (docent).

Klaar?
Maak een samenvatting / mindmap van blok 1.
timer
10:00

Slide 16 - Slide

Afsluiten
Deze les:

1. Wat hebben we geleerd?


2. Wat was nog lastig?

3. Zijn er nog vragen?
Volgende les:

Herhaling

Slide 17 - Slide