Voorkennis H4 gt3

Voorkennis H4 gt3

Afronden

Bij het afronden van getallen laat je cijfers weg. 

Je kijkt altijd naar de eerste decimaal die je weglaat.

• <5: dan blijft het cijfer ervoor hetzelfde
• > of = 5: dan wordt het cijfer ervoor 1 hoger

Rond het getal af op 3 decimalen
23,56784

Rond het getal af op 3 decimalen
341,7899

Rond het getal af op 3 decimalen
0,12345

Bereken en rond af op 2 decimalen:
5,1 x 3,75

Bereken en rond af op 2 decimalen:
0,7 x 2,08

Bereken en rond af op 2 decimalen:
7 : 3

Geldbedragen afronden

In Nederland betalen we niet meer met 1 of 2 cent.

Dit betekent dat bedragen afgerond worden op een veelvoud van 5 cent.

Voorbeeld: 21,03 --> 21,05

Voorbeeld: 56,01 --> 56,00
Voorbeeld: 28,07 --> 28,05
Voorbeeld: 19,09 --> 19,10

Je betaalt contant. Wat moet je betalen?
25,07

Je betaalt contant. Wat moet je betalen?
40,03

Je betaalt contant. Wat moet je betalen?
9,11

Afronden van grote getallen

Soms moet je afronden op tientallen, honderdtallen, duizendtallen of miljoenen. 

Voorbeeld: 789 afgerond op tientallen wordt 790

Voorbeeld: 65432 afgerond op honderdtallen wordt 65400

Voorbeeld: 78509 afgerond op duizendtallen wordt 79000

Voorbeeld: 4868200 afgerond op miljoenen wordt 5000000

Rond 659438 af op honderdtallen

Rond 3459 af op tientallen

Verstandig afronden

Soms krijg je opdrachten waarbij je de afrondingsregel NIET moet gebruiken
Voorbeeld: Je hebt 8 liter vruchtendrank gemaakt. Je wilt dit bewaren in flessen van 0,7 liter. Hoeveel flessen heb je nodig?

8 : 0,7 = 11,429
Je rondt nu af naar 12

In klas GT3c zitten 27 leerlingen. Ze gaan kanoën als klassenuitje. In elke kano passen 4 leerlingen.
Hoeveel kano's heb je nodig?