This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Thema 5
erfelijkheid en evolutie
Basisstof 4 - mutaties
Slide 1 - Slide
Vandaag:
Doelen:
Je kunt uitleggen wat het effect van mutaties in verschillende typen cellen kan zijn;
Je kunt het verschil tussen goedaardige en kwaadaardige gezwellen uitleggen;
Je kunt voorbeelden geven van mutagene invloeden.
Herhalen kruisingen
Uitleg basisstof 4 - mutaties
Zelfstandig werken
Slide 2 - Slide
Bij valkparkieten is het gen voor grijze veerkleur dominant over dat voor witte veerkleur. Twee valkparkieten met een grijze kleur paren met elkaar. Beide vogels zijn heterozygoot. Hoe groot is de kans dat de eerste nakomeling een witte kleur heeft?
A
0%
B
25%
C
75%
D
100%
Slide 3 - Quiz
Zielig kindje?
A
3
B
4
Slide 4 - Quiz
Genotype 1&2?
A
RR
B
rr
C
Rr
Slide 5 - Quiz
Genotype 4&7?
A
RR
B
rr
C
Rr
Slide 6 - Quiz
Dominant gen?
A
gladharig
B
ruwharig
Slide 7 - Quiz
Het toevoegen van gist in brood om het luchtig te maken is:
A
klassieke biotechnologie
B
geen biotechnologie
C
recombinant-DNA-techniek
D
moderne biotechnologie
Slide 8 - Quiz
wat is transgeen?
A
klassieke biotechnologie
B
er is geen trans aanwezig
C
een genetisch gemodificeerd dier
D
genetische modificatie
Slide 9 - Quiz
Mutaties
Slide 10 - Mind map
0
Slide 11 - Video
Mutaties
Mutaties kunnen in iedere cel plaatsvinden. Meestal heeft een mutatie geen gevolgen, bijvoorbeeld als een mutatie voorkomt in een bepaalde cel van je lichaam. Maar...
Slide 12 - Slide
Als een gemuteerd allel voorkomt in een geslachtscel kan de mutatie een grotere uitwerking hebben. Leg eens uit waarom..
Slide 13 - Open question
Slide 14 - Slide
zichtbare mutaties
Slide 15 - Slide
Mutaties kunnen neutraal, positief of negatief zijn.
Positief --> voorbeeld van de motten
Negatief --> ziektes zoals kanker
Slide 16 - Slide
Kanker
Celdeling is voor geprogrammeerd in je DNA.
Mutaties kunnen voor ongeremde celdeling zorgen.
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
Mutaties kunnen spontaan plaatsvinden, maar kunnen vaker voorkomen door invloeden van buitenaf. Deze invloeden noemen we "mutageen". Welke voorbeelden van mutagene invloeden zou je kunnen bedenken?
Slide 19 - Open question
Mutagene invloeden
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Goedaardig gezwel
Kwaadaardig gezwel
Groeit langzaam
Groeit snel
Er vindt uitzaaiing plaats
Er vindt geen uitzaaiing plaats
Slide 23 - Drag question
Behandelingen tegen kanker
- Bestraling
- Chemotherapie
- Operatief verwijderen
Slide 24 - Slide
Welke mutaties hebben veelal grotere gevolgen?
A
Mutaties in DNA van lichaamscellen
B
Chromosoommutaties in DNA van geslachtscellen
Slide 25 - Quiz
Door mutaties ontstaan variaties in genotype
A
Juist
B
Onjuist
Slide 26 - Quiz
Bepaalde stoffen in sigarettenrook verhogen de frequentie waarmee mutaties plaatsvinden.
A
juist
B
onjuist
Slide 27 - Quiz
Mutaties kunnen vaker optreden als men blootstaat aan röntgenstralen.
A
juist
B
onjuist
Slide 28 - Quiz
Door langdurig zonnebaden wordt de kans op mutaties vergroot.
A
juist
B
onjuist
Slide 29 - Quiz
Bij kanker gaat een cel zich ongeremd delen door mutaties.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 30 - Quiz
Kanker begint doordat op meerdere plaatsen tegelijk in het lichaam gezwellen ontstaan.
A
juist
B
onjuist
Slide 31 - Quiz
Vandaag:
Doelen:
Je kunt uitleggen wat het effect van mutaties in verschillende typen cellen kan zijn;
Je kunt het verschil tussen goedaardige en kwaadaardige gezwellen uitleggen;