Stroomdiagram, Algoritme en Scratch

Algoritme, Stroomdiagram en Scratch
1 / 16
next
Slide 1: Slide
Digitale geletterdheidInformatiekundeMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1,2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Algoritme, Stroomdiagram en Scratch

Slide 1 - Slide

Algoritme
Reeks instructies om 
vanaf een beginpunt 
een bepaald doel te 
bereiken.

Slide 2 - Slide


Een algoritme is een stappenplan met:
A
altijd dezelfde uitkomst
B
verschillende uitkomsten

Slide 3 - Quiz

Boterham met Pindakaas
Zet de stappen in de juiste volgoorde
Pak een bord
Leg een boterham op het bord
Smeer de pindakaas op de boterham
Steek het mes in de pindakaas
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4

Slide 4 - Drag question

Flowcharts
Stroomdiagram

Slide 5 - Slide


Een schematische, 
grafische representatie
van een algoritme
Stroomdiagram

Slide 6 - Slide

Flowcharts bestaan uit een aantal onderdelen, zoals:
  • Start/End
  • Process
  • Decision
  • Data

Slide 7 - Slide

Start
Process
Decision
Stop

Slide 8 - Slide

Tea for Two
Teken een flowchart om een kopje thee te zetten. 
Gebruik voor de elementen de volgende waarden:

Start, stop, maak thee, verhit water, vul ketel, is water heet?

Slide 9 - Slide

start
stop
Is het water heet?
maak thee
verhit water
vul ketel

Slide 10 - Drag question

Tea for Two
Two for Tea

Slide 11 - Slide

Van stroom diagram naar code
Maak van het volgende algoritme een stroomdiagram en een programma in Scratch.

Slide 12 - Slide

Hoger / Lager met de computer
  • De computer kiest een willekeurig getal tussen 0 en 10.
  • De computer vraagt aan jou om een getal te kiezen tussen 0 en 10.
  • Als jij hetzelfde getal hebt gekozen is het spel afgelopen
  • Als je een kleiner getal hebt gekozen zegt de computer dat je te laag zit en vraagt om een nieuw getal.
  • Als je een groter getal hebt gekozen zegt de computer dat je te hoog zit en vraagt om een nieuw getal. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Terugblik:
  • Hoever ben jij gekomen?
  • Wat vond je moeilijk / begreep je niet meteen?
  • Wat is het leukste dat je hebt geleerd deze les?



Slide 16 - Slide