SE5 - Weer en klimaat - Les 8: C1 Orkanen

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

4 MAVO

Casussen

Weer en klimaat

Casus 1

Orkanen

---

M. Zeelenberg

[e-mail]

Wat gaan we doen vandaag?

Herhaling: C3: Watermanagement

Les over C1: Orkanen

HEEL BELANGRIJK ONDERWERP

Denk even terug:

Waar gingen de eerste lessen van deze periode

ook alweer over?

LESDOELEN WATER CASUS

Paragraaf C.1: Stuwdammen in Turkije

1. Je kan op een kaart aangeven in welk land de Eufraat en Tigris ontspringen en eindigen.
2. Je kan uitleggen waarom het Zuidoost-Anatoliëproject zorgt voor een conflict tussen Turkije en de landen ten zuiden van Turkije.

Paragraaf C.2: Waterbouwkundige werken in de Nijl

1. Je kan 3 voordelen noemen van de aanleg van de Aswandam.
2. Je kan 3 nadelen noemen van de aanleg van de Aswandam.
3. Je kan uitleggen hoe de aanleg van de Aswandam zorgt voor het afbrokkelen van de Nijldelta
4. Je kan uitleggen waarom Egypte een oorlog over water zou kunnen gaan voeren met landen die ten zuiden van Egypte liggen.

CHECK LESDOELEN: 

WATER CASUS

Van voor het PO:

Paragraaf C.3: Watermanagement

• Je kan in eigen woorden uitleggen water watermanagement is.
• Je kan uitleggen hoe oppervlakte-irrigatie en beregening kunnen leiden tot verzilting.
• Je kan uitleggen hoe de aanleg van een stuwdam of het gebruik van veel rivierwater voor irrigatie kan leiden tot verzilting.

Je kan uitleggen hoe oppervlakte-irrigatie en beregening kunnen leiden tot verzilting.

Er gaat veel water verloren bij dit proces in verhouding met druppelirrigatie.

Je benut hiermee niet al het beschikbare water.

Wat is een

ORKAAN?

LESDOELEN

Weer en klimaat - C1: Orkanen

1. Je kan uitleggen hoe een orkaan ontstaat.
2. Je kan drie andere benamingen voor een orkaan noemen.
3. Je kan de verspreidingsgebieden van orkanen noemen.
4. Je kan de verspreidingsgebieden van orkanen verklaren.
5. Je kan het verschil noemen tussen een tropische storm en een orkaan.

WINDY

Het nieuws in 2017

ORKAAN

1. Zeewater minimaal 26,5.
2. Warme, vochtige lucht stijgt op en condenseert. --> WOLKEN
3. Bij het condenseren stijgt lucht extra snel op. 
4. Lucht wordt van alle kanten aangezogen door de lage druk.
5. De aangezogen lucht gaat draaien.

ORKAAN

• Doorsnede: 500 tot 1.500km 
• Oog: Windstil + 30 tot 50km
• Windsnelheid tot 250km p.u.

Heftige storm in Nederland is max 100km p.u.

Andere benamingen --> Neem over

Katrina (2005): 

1.835 doden, meer dan 80 miljard euro schade

Hurricane facts

1. Extreme lagedrukgebieden
   
2. Tropische stormen met wind harder dan 12 op schaal van Beaufort.
3. Schade niet alleen door windkracht, maar ook door overstromingen (regenval en hoge golven).
   
4. Vooral in zuidoosten V.S. door warm zeewater.

Je kan het verschil noemen tussen een tropische storm en een orkaan.

WERK UIT EN              

         LAAT MAANDAG ZIEN

Weer en klimaat - C1: Orkanen

• Je kan uitleggen hoe een orkaan ontstaat.
  
• Je kan drie andere benamingen voor een orkaan noemen.
  
• Je kan de verspreidingsgebieden van orkanen noemen.
  
• Je kan de verspreidingsgebieden van orkanen verklaren.
  
• Je kan het verschil noemen tussen een tropische storm en een orkaan.

Je ontvangt ook oefenvragen voor het eindexamen - 

                                    Dit samen is het huiswerk.

Zijn er nog vragen?

Je kunt ze klassikaal stellen

Je kunt mij mailen; [e-mail]

Je kunt me altijd opzoeken op school; 

aanwezig op maandag t/m donderdag

SE BESPREKING

NIETS OP TAFEL

Behalve een potlood

Telefoons lever je voorin in

SE BESPREKEN

Absoluut geen telefoons -- VOORIN INLEVEREN

• Je ontvangt een evaluatieformulier -> Vul 1 t/m 5 alvast in (voorkant)
• Nu ontvang je de toets -> Tel je punten na

We bespreken de hele toets samen

• Kijk goed naar wat je per vraag fout hebt gedaan en hoe je dit kunt voorkomen
• Gebruik hiervoor vraag 6 van het evaluatieformulier

Na de toets

• Bespreek met je buurman of buurvrouw hoe je het de volgende keer beter kunt doen

Het inhaal SE lijkt enorm op dit SE, check dus écht goed wat je fout gedaan hebt en waar je je op moet focussen.