Afronding voor de toets

Afronding van de suikermodule
Na deze les weet je van alle punten wat je kan verwachten. 
Op ELO staan ook nog de nodige documenten + kijk bij eerdere Lesson Ups. 
1 / 20
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Afronding van de suikermodule
Na deze les weet je van alle punten wat je kan verwachten. 
Op ELO staan ook nog de nodige documenten + kijk bij eerdere Lesson Ups. 

Slide 1 - Slide

De scheidingsmethoden 
Je moet de verschillende soorten kennen. 
Van deze methoden moet je weten waar ze op berusten (te maken hebben).
Weet hoe de scheidingsmethoden werken. 
Met deze scheidingsmethoden moet je een mengsel kunnen scheiden.

Slide 2 - Slide

Thee zetten:
Welke scheidingsmethoden zijn dit?
A
Indampen-filtreren
B
Droogkoken-extraheren
C
Destilleren-adsorberen
D
Extraheren-filtreren

Slide 3 - Quiz

Welke scheidingsmethoden kun je NIET gebruiken bij een oplossing?
A
Destilleren
B
Filtreren
C
Indampen
D
Deze kun je allen niet gebruiken

Slide 4 - Quiz

Waarop berust de scheidingsmethoden extraheren?
A
Verschil in dichtheid
B
Verschil in kookpunt
C
Verschil in deeltjes grootte
D
Geen van deze antwoorden is juist

Slide 5 - Quiz

Joost en Lieke moeten een mengsel scheiden. Het mengsel is doorzichtig blauw. Ze willen een kleurloos mengsel overhouden.
Welke scheidingsmethoden ze moeten gebruiken. (leg uit)
Blokschema mag ook.

Slide 6 - Open question

Soorten stoffen
Je hebt zuivere stoffen of mengsels. 
Qua mengsels: suspensie, oplossing of een emulsie. 
Ken deze soorten.

Slide 7 - Slide

Sleep de mengsels naar de juiste naam.

emulsie

suspensie

oplossing
water en olie
krijt in water
suiker in water

Slide 8 - Drag question

Info uit de practica
Hier hebben we het nog over een katalysator, reagens, blokschema gehad. 
De eerste twee moet je kennen qua begrip. De laatste (blokschema's) moet je kunenn toepassen. 

Slide 9 - Slide

Wat is een indicator en waar moet een indicator aan voldoen(2)?

Slide 10 - Open question

Rekenen met deze module
Dit onderdeel is altijd leuk!
JE moet kunen rekenen aan de dichtheid, de concentratie en de oplosbaarheid. 
Berekeningen lijken op elkaar. 

Slide 11 - Slide

Oplosbaarheid 
Je kan een onverzadigde, een verzadigde en een oververzadigde oplossing hebben. 

Onverzadigd: kan meer bij
Verzadigd: precies wat er in kan. 
Oververzadigd: er zit meer in dan kan, 
dus komt dat op de bodem te liggen.

Slide 12 - Slide

Oplosbaarheid rekenvoorbeeld
De oplosbaarheid van suiker in water  is 1600 g/L.

Bereken hoeveel gram oplost in 150 mL water
oplosbaarheid = massa / volume
massa = oplosbaarheid x volume
massa = 1600 x 0,150 = 240 gram

Slide 13 - Slide

Anna lost 252 g glucose op in 625 mL water. Glucose heeft een oplosbaarheid van 0,909 kg/L. Is deze oplossing verzadigd of onverzadigd? Leg uit met een berekening.

Slide 14 - Open question


Invloed oplosbaarheid
De maximale hoeveelheid gram van een stof die kan oplossen in 1 kg oplosmiddel noem je oplosbaarheid (bij 20 C).
Oplosbaarheid is dus afhankelijk van het oplosmiddel.

Bij een hogere temperatuur kan er meer vaste stof oplossen, MAAR minder gas zoals zuurstof.
Wanneer je meer stof toevoegt, lost het niet op en zakt het naar de bodem. Dit noem je een (over)verzadigde oplossing


Slide 15 - Slide

dichtheid
dichtheid=volumemassa
massa=dichtheidvolume
volume=dichtheidmassa

Slide 16 - Slide

Rekenen aan dichtheid
Dichtheid =massa / volume
Een stalen balk van 2 dm3 met een dichtheid van 7.85 g/cm3, wat is de massa in kg?

volume = 2 dm3 = 2000 cm3 
massa = dichtheid  *volume = 7,85  x 2000 =15700 g

Slide 17 - Slide

Je hebt 125 mL pure alcohol. De dichtheid van alcohol is 0.7893 g/cm3. Wat is dan het massa van deze hoeveeheid alocohol?

Slide 18 - Open question

Waar zou je het nog graag over willen hebben in de laatste les?

Slide 19 - Mind map

Huiswerk 
Neem de stof van eerdere Lesson Ups door. 
Maak de afsluitende opdachten van het boekje. 
Maak opdrachten die staan op de ELO. 
Maak hierin zelf een keuze. 

Slide 20 - Slide