Les 3 +4 basisstof 3.2 (deel 2) + basisstof 3.3

H3 Ordening
1 / 42
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

H3 Ordening

Slide 1 - Slide

Werken met Lessonup
Ga naar Lessonup.com 
Vul rechtsboven de pin-code in
Vul je eigen naam in
We kunnen beginnen!! 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Huiswerk controleren 
Nog niet alles gemaakt 

Slide 4 - Slide

Waar ging de vorige les over?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Slide

Na deze les kun je: 
Uitleggen dat de indeling van organismen berust op voerenkomst en verwantschap 

Topklas (UItleggen wat DNA-sequencing is) 

Slide 7 - Slide

Soorten
Organismen behoren tot hetzelfde soort:
  • als ze zich samen kunnen voortplanten
  • en de nakomelingen vruchtbaar zijn

Slide 8 - Slide

Ras
- Een ras: een groep organisme binnen een soort.

Een soort kan uit verschillende rassen bestaan. 

Slide 9 - Slide

Wat is evolutie?

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Variatie en selectie
Verschillen binnen een soort is variatie. -->

Door selectie blijven sommige organismen leven en andere niet binnen 1 soort.-->
Door variatie en selectie kunnen soorten langzaam veranderen. Evolutie: soorten ontstaan, veranderen en verdwijnen.

Slide 13 - Slide

Evolutie
Soorten ontstaan door evolutie
Door variatie en selectie kunnen soorten langzaam veranderen. Evolutie: soorten ontstaan, veranderen en verdwijnen.

Slide 14 - Slide

Verwantschap
Hoe meer DNA organismen met elkaar gemeen hebben hoe meer verwantschap er is.

Slide 15 - Slide

Verwantschap

Slide 16 - Slide

Kleine verschillen tussen organismen van dezelfde soort
alleen de best aangepaste nakomelingen overleven en kunnen zich voortplanten
De overeenkomst in DNA en uiterlijk van verschillende organismen.

Verwantschap
Variatie
Selectie

Slide 17 - Drag question

Slide 18 - Slide

DNA-sequencing
DNA bestaat uit de 4 basen: A, T, C en G. 
Sequentie = volgorde
Soorten net veel verwantschap hebben ook veel overeenkomst in hun DNA-sequentie.


(topklas)

Slide 19 - Slide

DNA sequencen
DNA sequencen is een DNA-analyse techniek. 

met deze techniek kan je de basen volgorde van het DNA bepalen.

Wanneer je de volgorde (sequentie) van een persoon hebt kan je deze vergelijken met de sequentie van een ander persoon. Op deze manier kan je kijken hoe verwant de personen zijn.

Slide 20 - Slide

Aan de slag 
Lees H3 bassistof 2: overeenkomst en verwantschap
Maak opdracht 3, 4, 6, 8, 9   (blz. 178)
topklas 183 -->1, 3, 4, 7 en 8  (blz. 183) 

Slide 21 - Slide

H3 Ordening

Slide 22 - Slide

Werken met Lessonup
Ga naar Lessonup.com 
Vul rechtsboven de pin-code in
Vul je eigen naam in
We kunnen beginnen!! 

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Huiswerk controleren 
Basisstof 2 Evolutie en verwantschap 
Opdracht 1 t/m 8 
blz. 178
topklas blz. 183  

Slide 25 - Slide

Waar ging de vorige les over?

Slide 26 - Mind map

Slide 27 - Slide

Na deze les kun je: 
Dieren indelen op grond van de kenmerken skelet en symmetrie
Kenmerken e  voorbeelden noemen van zes stammen van het dierenrijk. 

Slide 28 - Slide

kenmerken
Symmetrie
Voorwerpen (of dieren) die
je in twee gelijke helften kunt
verdelen.

  • Tweezijdig symmetrisch
  • Veelzijdig symmetrisch
  • Niet symmetrisch

Slide 29 - Slide

Kenmerk: Symmetrie

  • Niet symmetrisch
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Veelzijdig symmetrisch

Slide 30 - Slide

Veelzijdig symmetrisch
Tweezijdig symmetrisch
Niet symmetrisch

Slide 31 - Drag question

Tweezijdig symmetrisch
Veelzijdig symmetrisch
niet symmetrisch

Slide 32 - Drag question

Slide 33 - Slide

stammen zijn geordend op: 

skelet:
geen skelet
inwendig skelet
uitwendig skelet

Slide 34 - Slide

Inwendig skelet
Bij een inwendig skelet zit het skelet  aan de binnenkant van het organisme. 



Slide 35 - Slide

Skelet
Geleedpotigen hebben een uitwendig skelet.

Hun skelet zit als een soort pantser op/om het lichaam.

Slide 36 - Slide

Stevigheid dieren
Inwendig skelet: 
Skelet zit aan de binnenkant vb. de mens
Uitwendig skelet:
Skelet zit aan de buitenkant vb. de krab
Geen skelet:
Geen skelet vb. de kwal
Inwendig skelet
Uitwendig skelet
Geen skelet

Slide 37 - Slide

Geen skelet
Uitwendig skelet
Inwendig skelet

Slide 38 - Drag question

Slide 39 - Slide

Indeling van dieren
  1. Sponsen
  2. Neteldieren
  3. Weekdieren
  4. Stekelhuidigen
  5. Geleedpotigen 
  6. Gewervelden

Slide 40 - Slide

Indeling van dieren : Symmetrie en skelet

Slide 41 - Slide

Aan de slag 
Lezen: H3 basisstof 3 Dieren 
Maken: opdracht 1 t/m 3 + 5 t/m 7 blz. 188
Topklas: opdracht 1 t/m 3 + 5 t/m 8 blz. 193


Slide 42 - Slide