What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
dinsdag 15 oktober
dinsdag 15 oktober
zelfstandig werken
grammatica
zelfstandig werken
mededelingen
grote dieren quiz
12:15-15:00 Hajar
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
17 slides
, with
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
dinsdag 15 oktober
zelfstandig werken
grammatica
zelfstandig werken
mededelingen
grote dieren quiz
12:15-15:00 Hajar
Slide 1 - Slide
Instructies geven
kunnen, mogen, willen
beleefd
moeten
als je heel duidelijk moet zijn
ik-vorm van het werkwoord
recept, sporttraining
1.
2.
3.
Slide 2 - Slide
Instructies geven als je een positieve reactie verwacht.
Kan
jij dat boek aan mij geven?
Je
mag
de deur dichtdoen als je het koud hebt.
Wil
je koffie of cappuccino?
p.s. De werkwoorden kunnen en mogen zijn onregelmatig!
Opdr. 1. Bedenk 3 situaties in de klas/werk waarbij jij een instructie geeft met de werkwoorden: kunnen, mogen of willen.
timer
25:00
Slide 3 - Slide
Instructies geven
Opdr. 1. Bedenk 3 situaties in de klas/werk waarbij jij een instructie geeft met de werkwoorden: kunnen, mogen of willen.
Slide 4 - Slide
Instructies geven
Opdr. 2
Persoon A; Je krijgt een afbeelding, laat deze NIET zien aan de andere persoon. Geef instructies hoe deze persoon de afbeelding moet tekenen.
Persoon B. Luister goed naar de instructie.
Slide 5 - Slide
Instructies geven
Opdr. 3 Schrijf de instructies bij de afbeelding.
Denk aan hoofdletters, leestekens, spelling én scheidbare werkwoorden.
Slide 6 - Slide
Bijvoeglijke naamwoorden
Met deze woorden kun je informatie over een ding, mens of dier geven.
Bijv.:
klein
, wit, groot, grijs, mooi, rond, vierkant, blauw, oud, jong, lang, kort
Slide 7 - Slide
Spelling bijvoeglijke naamwoorden 1
Een
mooi
huis.
Een
dik
boek.
Een
leuk
verhaal.
De auto is
rood.
De spiegel is
klein.
Het huis is
ruim.
De
rode
auto.
De
kleine
spiegel.
Het
ruime
huis.
Slide 8 - Slide
Staat het
aan het einde
vd zin?
Dan schrijf je de
kortste vorm
.
Bijvoorbeeld: De auto is
rood.
De spiegel is
klein.
Het huis is
ruim.
Slide 9 - Slide
Staat het woord
voor een ding of mens
?
Dan krijgt het een
e
.
Bijvoorbeeld: De
rod
e
auto
De
klein
e
spiegel
Het
ruim
e
huis
Slide 10 - Slide
Gebruik je het lidwoord "
Een
"
Dan krijgt het geen
e
.
Bijvoorbeeld:
Een
mooi huis
.
Een
dik boek
.
Een
leuk verhaal
.
Slide 11 - Slide
Spelling bijvoeglijke naamwoorden 2
De
grote
kast. groot
De
lage
tafel. laag
De
lege
doos. leeg
De
zure
citroen. zuur
De
witte
stoel. wit
Het
dikke
boek. dik
De
vette
friet. vet
De
volle
emmer. vol
Het
grijze
kleed. grijs Het
lieve
kind. lief
De
boze
man. boos
Het
brave
paard. braaf
De
houten
tafel.
Het
wollen
kleed.
Het
stenen
beeld.
Het
ijzeren
zwaard
Slide 12 - Slide
Bij woorden met
1 klinker met daarna 1 medeklinker
aan het einde, krijg je:
Dus bij een
korte
klank!
De stoel is wi
t.
- De wi
tt
e stoel.
Het kleed is di
k.
- Het di
kk
e kleed.
De patat is ve
t.
- De ve
tt
e patat.
De emmer is vo
l.
- De vo
ll
e emmer.
Slide 13 - Slide
Bij woorden met
2 dezelfde klinkers en 1 medeklinker
aan het einde, krijg je:
Dus bij een
lange
klank!
De kast is gr
oot
. - De gr
ote
kast.
De tafel is l
aag
. - De l
age
tafel.
De doos is l
eeg
. - De l
ege
doos.
De citroen is z
uur
- De z
ure
citroen.
Slide 14 - Slide
Bij woorden met
2 klinkers
of
een
ij
, met daarna een
s
of een
f
, krijg je:
Het kleed is grij
s
. - Het grij
ze
kleed.
Het kind is lie
f
. - Het lie
ve
kind.
De man is boo
s
. - De bo
ze
man.
Het paard is braa
f
. - Het bra
ve
paard.
Slide 15 - Slide
Woorden voor
materialen
krijgen
geen e, maar
-en
:
De tafel is
van hout
. - De hout
en
tafel.
Het kleed is
van wol
. - Het woll
en
kleed.
Het beeld is
van marmer.
- Het marmer
en
beeld.
Het zwaard is
van ijzer.
- Het ijzer
en
zwaard.
Slide 16 - Slide
Gebruik de
goede
bijvoeglijke
naamwoorden
Slide 17 - Slide
More lessons like this
Spelling van de bijvoegelijke naamwoorden
October 2024
- Lesson with
14 slides
NT2
MBO
Studiejaar 2
Bijvoegelijke naamwoorden
February 2023
- Lesson with
14 slides
NT2
MBO
Studiejaar 2
Wi St herh A2 TC 1.9 en 7.12
November 2022
- Lesson with
11 slides
NT2
MBO
Studiejaar 2
Bijvoegelijke naamwoorden
October 2024
- Lesson with
14 slides
NT2
MBO
Studiejaar 2
Wi 1 A2 1.10 en 1.11 en 1.12
April 2022
- Lesson with
30 slides
NT2
MBO
Studiejaar 1
extra bijvoeglijk naamwoord
April 2024
- Lesson with
14 slides
1.9 De grote kast - de kleine spiegel
November 2024
- Lesson with
16 slides
NT2
MBO
Studiejaar 1
tafel schoonmaken
December 2024
- Lesson with
21 slides
by
digital instruction - support
interne stage
Voortgezet speciaal onderwijs
Stap-voor-Stap instructies