toetsterm 4.1 en 4.2 wetsartikelen verkort opschrijven
toetsterm 5.1 t/m 5.3 AVG
1 / 13
next
Slide 1: Slide
RechtsvakkenMBOStudiejaar 1
This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
toetsterm 4.1 en 4.2 wetsartikelen verkort opschrijven
toetsterm 5.1 t/m 5.3 AVG
Slide 1 - Slide
Hoe schrijf je het volgende artikel verkort op? Artikel 43 boek 5 Burgerlijk Wetboek
A
art. 43:5 BW
B
5: art.43 Bw
C
art. 43:5 Bw
D
art. 5:43 BW
Slide 2 - Quiz
Hoe schrijf je het volgende artikel verkort op? artikel 74 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
A
art. 74 BR
B
art. 74 Rv
C
art. 74 WBRV
D
art. 74 RV
Slide 3 - Quiz
Hoe schrijf je het volgende artikel verkort op? artikel 10 Algemene verordening gegevensbescherming
A
art. 10 AVG
B
art. 10 Avg
C
art. 10 AvG
D
art. 10 avg
Slide 4 - Quiz
Welke van de volgende gegevens zijn GEEN bijzondere gegevens?
A
Politieke voorkeur
B
Godsdienst
C
Geboortedatum
D
Gezondheid
Slide 5 - Quiz
Welke van de volgende gegevens zijn GEEN gewone persoonlijke gegevens?
A
Naam
B
Hobby's
C
Telefoonnummer
D
Mailadres
Slide 6 - Quiz
Iemand van handhaving vraagt je om je ID-kaart omdat je overlast veroorzaakt. Op basis van welke grondslag(en) mag hij dat?
A
Het is noodzakelijk ter bescherming van vitale belangen
B
Het is noodzakelijk voor de behartiging van gerechtvaardigde belangen
C
Het is noodzakelijk voor de uitvoering van de overeenkomst
D
Het is noodzakelijk voor de vervulling van een taak van algemeen belang of de uitoefening van openbaar gezag
Slide 7 - Quiz
Je hebt een ongeval gehad en bent buiten bewustzijn. Op de spoedeisende hulp kijkt een arts in je dossier om te kijken welke medicijnen je gebruikt. Op basis van welke grondslag(en) mag hij dat?
A
Het is noodzakelijk ter bescherming van vitale belangen
B
Het is noodzakelijk voor de behartiging van gerechtvaardigde belangen
C
Het is noodzakelijk voor de uitvoering van de overeenkomst
D
Het is noodzakelijk voor de vervulling van een taak van algemeen belang of de uitoefening van openbaar gezag
Slide 8 - Quiz
Je koopt een wasmachine en wilt betalen in vier termijnen. De winkelmedewerker wil je bankrekeningnummer in het systeem invoeren. Op basis van welke grondslag(en) mag hij dat?
A
Het is noodzakelijk ter bescherming van vitale belangen
B
Het is noodzakelijk voor de behartiging van gerechtvaardigde belangen
C
Het is noodzakelijk voor de uitvoering van de overeenkomst
D
Het is noodzakelijk voor de vervulling van een taak van algemeen belang of de uitoefening van openbaar gezag
Slide 9 - Quiz
Je geeft je vorige opleiding toestemming om jouw dossier naar de nieuwe opleiding te sturen. Van welk recht maak je gebruik?
A
recht op wijziging
B
recht op overdracht
C
recht op duidelijke info
D
recht op inzage
Slide 10 - Quiz
Je woonde bij je ouders maar je bent zelfstandig gaan wonen. Dit geef je door aan je werkgever. Van welk recht maak je gebruik?
A
recht op wijziging
B
recht op overdracht
C
recht op duidelijke info
D
recht op vergetelheid
Slide 11 - Quiz
Je bent jaren geabonneerd geweest op de Donald Duck maar je zegt het abonnement op. Je geeft door dat je nu en in de toekomst geen post meer wilt ontvangen. Van welk recht maak je gebruik?