Quiz (deel 2)

Quiz (deel 2)
1 / 28
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Quiz (deel 2)

Slide 1 - Slide

Zo quiz, ga in je team zitten

+ Neem nog even je aantekeningen door
timer
7:00

Slide 2 - Slide

Tussenstand:
Ciara/beatrice/nicolle/nora --> 3,5 punten
Roos -->  4 punten
Guus--> 3
team zonder naam --> 4
Sarah cayen, niyat --> 5 punten
team zonder naam 2 --> 5 punten
Team Vol --> 5 punten 

Slide 3 - Slide

Plaatjes ronde
Schrijf naast het plaatje de politieke stroming.

Slide 4 - Slide

Ronde 2

Slide 5 - Slide

Ronde 2, vraag 1
Hoe heette het pamflet dat Karl Marx schreef in 1848, samen met Friedrich Engels?





10. 
Antwoorden Beeldronde:
1. Liberalisme
2. Feminisme
3. Confessionalisme
4. Socialisme
5. Nationalisme
6. Conservatisme
Pubquiz TV8 ismen Tijdvakken Bovenbouw VWO
a. Stemrecht/kiesrecht
11. Leg uit, in één zin, dat het confessionalisme een tegenbeweging is, zich afzettend tegen de Verlichting/de revoluties.
a. Confessionelen willen juist een belangrijkere rol voor geloof, waar de Verlichting zorgde voor een afname in de macht van het geloof.
12. Onafhankelijkheid is een belangrijk begrip voor veel van de -ismen. Leg uit waarvan nationalisten, feministen en liberalen onafhankelijk willen zijn.
(1/2p)
a. Nationalisten van een ander volk/buitenlandse vorst, feministen van mannen, liberalen van strenge wetgeving/machtige vorsten.
13. Waarom kreeg het nationalisme veel aanhangers in een land als Griekenland of België?
a. Zij werden bestuurd door een ander volk (Ottomanen, Nederlanders), wilden een eigen staat.
14. In het Nederlandse geschiedenisonderwijs was in de 19e eeuw veel aandacht voor de ’helden’ uit ‘de Gouden Eeuw’. Geef hiervoor een reden.
a. Het opkomend nationalisme, gedeelde (heldhaftige) geschiedenis zorgt voor nationale binding

Slide 6 - Slide

Ronde 2, vraag 2
Leg uit wat een emancipatiebeweging is.

Slide 7 - Slide

Ronde 2, vraag 3
Noem een belangrijk strijdpunt voor feministen in de 19e eeuw.

Slide 8 - Slide

Ronde 2, vraag 4
 Leg uit, in één zin, dat het confessionalisme een tegenbeweging is, zich afzettend tegen de Verlichting/de revoluties.

Slide 9 - Slide

Ronde 2, vraag 5 
Onafhankelijkheid is een belangrijk begrip voor veel van de -ismen. Leg uit waarvan nationalisten, feministen en liberalen onafhankelijk willen zijn. 

Slide 10 - Slide

Ronde 2, vraag 6
 Waarom kreeg het nationalisme veel aanhangers in een land als Griekenland of België?

Slide 11 - Slide

Ronde 2, vraag 7
In het Nederlandse geschiedenisonderwijs was in de 19e eeuw veel aandacht voor de ’helden’ uit ‘de Gouden Eeuw’. Geef hiervoor een reden.

Slide 12 - Slide

Ronde 3

Slide 13 - Slide

vraag 1
Noem twee confessionele partijen die nu zijn vertegenwoordigd in de tweede kamer

Slide 14 - Slide

vraag 2
Liberalen zien het liefst een overheid die zich niet bemoeid. Zij zien vooral één belangrijke taak van de overheid, welke is dat?

Slide 15 - Slide

vraag 4
Een zevende -isme: waarvoor staat het anarchisme?

Slide 16 - Slide

vraag 5
Wat is een natiestaat?

Slide 17 - Slide

vraag 6
Het nationalisme en het socialisme zijn in wezen tegenpolen van elkaar (ondanks de poging van Hitler om ze te verenigen). Wat maakt het
nationalisme en socialisme tegengesteld aan elkaar?

Slide 18 - Slide

vraag 7
In de 19e eeuw vond er een schoolstrijd plaats in Nederland. Hierbij werd er campagne gevoerd om ‘bijzondere’ scholen gelijk te stellen aan openbare. 
--> Wat werd er bedoeld met ‘bijzonder onderwijs’

Slide 19 - Slide

Doorwisselen

Slide 20 - Slide

Antwoorden beeldronde
1. Liberalisme
2. Feminisme
3. Confessionalisme
4. Socialisme
5. Nationalisme
6. Conservatisme 

Slide 21 - Slide

Antwoorden ronde 2
  • 1. Communistisch Manifest
  • 2. Een beweging die streeft naar gelijkberechting van achtergestelde groepen.
  • 3. Stemrecht/kiesrecht
  • 4.  Confessionelen willen juist een belangrijkere rol voor geloof, waar de Verlichting zorgde voor een afname in de macht van het geloof.

Slide 22 - Slide

0,5 punt per goed antwoord
Nationalisten van een ander volk/buitenlandse vorst, 

feministen van mannen, 


liberalen van strenge wetgeving/machtige vorsten.


Slide 23 - Slide

  • 6.  Zij werden bestuurd door een ander volk (Ottomanen, Nederlanders), wilden een eigen staat.
  • 7. Het opkomend nationalisme, gedeelde (heldhaftige) geschiedenis zorgt voor nationale binding

Slide 24 - Slide

Ronde 3 (antwoorden)

Slide 25 - Slide

  • 1. (CDA, ChristenUnie, SGP, NSC)
  • 2. . Zorgen voor orde en veiligheid
  • 3. Anarchisten willen de staat/overheid afschaffen
  • 4. Staat van één volk
  • 5.  Nationalisme is gericht op het volk binnen de landsgrenzen, terwijl het socialisme zich richt op arbeiders wereldwijd – internationaal dus.
  • 6.  Confessionele scholen.

Slide 26 - Slide

Punten tellen!

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video