7.3 sociale kwestie


Wat is de Sociale Kwestie?

lesdoelen:

  • je kunt met voorbeelden beschrijven wat de Sociale kwestie is.
  • je kunt uitleggen wat die met Industriële revolutie te maken had.
  • je kunt verschillende politieke meningen uitleggen over het aanpakken van de sociale kwestie.

1 / 20
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson


Wat is de Sociale Kwestie?

lesdoelen:

  • je kunt met voorbeelden beschrijven wat de Sociale kwestie is.
  • je kunt uitleggen wat die met Industriële revolutie te maken had.
  • je kunt verschillende politieke meningen uitleggen over het aanpakken van de sociale kwestie.

Slide 1 - Slide

Wat is de Sociale Kwestie? 
  • Een kwestie is een probleem of discussie over een probleem

De slechte woonomstandigheden en werkomstandigheden van de arbeiders zijn duidelijk zichtbaar.

  • Eind 19e eeuw.

  • Vooral in de steden.

Slide 2 - Slide

slechte woonomstandigheden:
besmettelijke ziekten

Slide 3 - Slide

overeenkomsten
Cholera & Corona

Slide 4 - Mind map

verschillen
Cholera & Corona

Slide 5 - Mind map



Het kopje

 ¨armenzorg¨
 
Op blz. 55 tekstboek

en maak vraag 4!



Een plaggenhut met heideplaggen bedekte hut. Ze waren te vinden in de armste gebieden van Nederland, vooral in Drenthe, Friesland en Overijssel en werden bewoond door de allerarmste arbeiders, vaak met grote gezinnen. Een plaggenhut was een eenvoudig bouwwerk, meestal gedeeltelijk uitgegraven en zonder zijmuren zodat het dak op grondhoogte begon. Het dak was bekleed met plaggen die uit het omliggende land werden gehaald.

Slide 6 - Slide

Heeft deze foto met de sociale kwestie te maken? Leg kort uit.

Slide 7 - Open question

Wat hoort niet bij de sociale kwestie?
A
Lage lonen
B
Lange werktijden
C
Slechte wegen
D
Onveilige fabrieken

Slide 8 - Quiz

Heeft deze foto met de sociale kwestie te maken? Leg kort uit.

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Video

Leg het verband uit tussen de industrialisatie en de sociale kwestie in Nederland in de 19e eeuw

Slide 11 - Open question

Wie helpt de arbeiders? 

  • Nederland kende drie grote politieke groepen: socialisten (links), confessionelen (midden) en liberalen (rechts)

  • Deze politieke groepen hadden allemaal een andere oplossing voor de Sociale Kwestie, maar ook allemaal eigen belangen

Slide 12 - Slide

Het liberalisme
  • Adam Smith: de mens kan overleven, omdat hij aan zichzelf denkt. De overheid moet zich zo min mogelijk bezighouden met de individuele burger. Vrijheid staat centraal.
  • het individu moet zich in vrijheid kunnen ontplooien
  • Veel Liberalen wilden dus geen overheidsbemoeienis bij het oplossen van de sociale kwestie!

Slide 13 - Slide

Het socialisme
  • Karl Marx: De arbeiders krijgen het door de industrialisatie steeds slechter en zullen in opstand komen tegen de Bourgeoisie:  Revolutie! ze willen Gelijkheid
  • Veel socialisten vonden dat de overheid de sociale kwestie met sociale wetten moest aanpakken. Die overheid moest gekozen worden door de arbeiders met ALGEMEEN KIESRECHT

Slide 14 - Slide

Waarom deden veel liberalen niks tegen de sociale kwestie?

Slide 15 - Open question

bedenk waarom sommige liberalen wel aan de sociale kwestie wilden werken.

Slide 16 - Open question

Wat hoort bij socialisme?
A
Gelijkheid, algemeen kiesrecht, verdeling rijkdom
B
Gelijkheid, ieder voor zich, algemeen kiesrecht
C
Arbeiders, armoede, sociale kwestie
D
Arbeiders, vereniging, overheidsbemoeienis

Slide 17 - Quiz

De stroming confessionelen dacht vanuit het geloof. Wat zou daar niet bij horen?
A
God heeft de wereld zo geschapen zoals het is: geen overheidsbemoeienis
B
We moeten voor elkaar zorgen, dat is onze opdracht: weinig overheidsbemoeienis
C
Armoede is een straf van God: geen overheidsbemoeienis
D
We moeten voor elkaar zorgen, dat is onze opdracht: veel overheidsbemoeienis

Slide 18 - Quiz

wat spreekt jou het meest aan?
A
Liberalisme
B
Socialisme
C
confessionalisme

Slide 19 - Quiz

Noem iets dat je geleerd hebt en iets dat je nog lastig vindt.

Slide 20 - Open question