Pesten

• Onderwijskunde
• HBO
• Studiejaar 2

Pesten

Leerdoelen Pesten

• De student kan de verschillende typen pesters benoemen en herkennen in de praktijk (pesters met een hoge status, pesters met een lage status, pesters met grote problemen, de facebookpester)
  
• De student kan twee verschillende risicofactoren benoemen die de kans op pestgedrag vergroten (frustratie over onfunctioneel autoritair gedrag van de docent, competitieve of een slechte sfeer) 
• De student herkent de 5 vormen van pesten (verbaal, relationeel, fysiek, materieel en mentaal pesten) uit praktijkvoorbeelden. 
• De student kan uitleggen op welke manier hij/zij invloed kan hebben op cyberpesten. 
• De student herkent de rollen van de leerlingen in het groepsproces pesten (meelopers, wegkijkers enz..)  
• De student kan beschrijven welke invloed hij/zij kan hebben op het pestgedrag en benoemt daarbij minimaal 5 praktische tips. 

Sleepvraag verschil

Pesten

Plagen

Gebeurt berekend, 

men wil iemand bewust 

kwetsen of kleineren

Ongelijke strijd

Herhaaldelijk, systematisch en langdurig

Pestkoppen zijn dikwijls dezelfde evenals slachtoffers

Tijdelijk en van korte duur

Onschuldig, onbezonnen, spontaan

Tussen gelijken

Meestal te verdragen maar kan ook kwetsend en agressief zijn

Partijen kunnen wisselen

Wie is de gepeste?

Meningen hierover zijn verdeeld en onderzoek laat verschillen zien

De gepeste leerling is op een bepaalde manier anders:
slimmer / minder slim

draagt andere kleding

heeft een andere godsdienst

Meestal betreft het gevoelige kinderen

Wie is de pester?

Pester met hoge status:
populair, slim, charmant, grote mond, leiderschapskwaliteiten
Ze pesten om macht te vergroten en status te verhogen

Pester met lage status: 
Vroeger zelf gepest en wil dit niet nogmaals

Pester met grote problemen:
Hebben weinig aandacht gekregen van ouders
Zijn niet gecorrigeerd voor hun agressie

Zijn vaak fysiek gecorrigeerd door hun ouders

Het pesten ontstaat door emotionele verwaarlozing

De gevolgen van pesten zijn altijd ernstig 

en de gepesten dragen dit een leven lang mee

Pesten in de klas

Normen en waarden in de groep

De manier waarop de groepsvorming gebeurt, is een belangrijke factor voor het ontstaan van pesterijen

Pesten vindt zijn hoogtepunt bij groepen van 10 t/m 14 jaar:
het losmaken van thuis 

leeftijdgenoten staan centraal

Pesten in de klas / leefgroep/

Slachtoffer wordt meestal in de eigen groep gevonden

Orde en controle zijn nodig (veilig klimaat)

Iedere leerling moet zich beschermd weten door de docent

Docenten die een hekel hebben aan een leerling en dit laten blijken (opmerkingen, grapjes maken over), geven een vrijbrief om ..... 

Pesten 

de docent

Pesten komt vaker voor bij autoritaire docenten

Pesten komt vaker voor bij docenten die alleen oog hebben voor prestaties

Pesten komt vaker voor bij docenten die geen oog hebben voor de sociale aspecten in een klas

Pesten komt vaker voor bij docenten die veel competitie inzetten

Taak van ouders

Grenzen trekken

Regels stellen en handhaven binnen het gezin

Overdracht van waarden en normen

Warmte en aandacht geven

Reacties naar het gepeste kind:

Het gepeste kind roept het medelijden op van volwassenen waardoor het gevoel van falen wordt versterkt

De volwassene krijgt een gevoel van machteloosheid of ergernis en het kind krijgt hiermee impliciet de boodschap dat het iets niet goed doet

Hoe herken je een pester?

Wil zich graag bewijzen ten koste van iemand anders

Heeft drang tot en plezier in het kwetsen van anderen

Doet geen poging om zich in te leven in anderen

Gedraagt zich agressiever dan andere kinderen

Rollen: Meelopers, wegkijkers en helper

Meelopers zijn bang voor de pester en zorgen er zo voor dat zij geen slachtoffer worden. 
Soms zijn zij eerder zelf gepest

Soms bewonderen ze de pester

Wegkijkers is het grootste deel van de klas en doen niets om zelf geen slachtoffer te worden

De helper neemt het op voor het slachtoffer

Rol van de docent

(preventief en tijdens)

Wees alert
Biedt opvang

Luister actief en aandachtig

Toon betrokkenheid

Toon respect

Geef vertrouwen

Neem leiding

Stimuleer en beloon positief gedrag
Laat het nooit lopen .....

Cyberpesten