04 VMBHO BK4 Water NL quiz 1

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo, mavo
• Leerjaar 4

SE3 H1 Water in NL quiz (18vr)

1

Hoeveel polders heeft Nederland ongeveer?

1. Hoeveel polders heeft Nederland ongeveer?

1. 1000
2. 2000
3. 3000
4. 4000

2

Wat is géén onderdeel van een polder?

2. Wat is géén onderdeel van een polder?

1. Sloten
2. Dijken
3. Gemaal
4. Dam

3. 

Hoe wordt het water dat onder de dijken door komt genoemd?

3. Hoe wordt het water dat onder de dijken door komt genoemd?

1. Welwater
2. Kwelwater
3. Dweilwater
4. Duinwater

4

Wat is géén soort polder in Nederland?

4. Wat is géén soort polder in Nederland?

1. Veenpolder
2. Zeepolder
3. Meerpolder
4. Droogmakerij

5. Waar of niet waar: het leegpompen van een polder heet bemalen

1. Waar
2. Niet waar

6.

Welk poldersoort ligt het verst onder N.A.P?

6. Welk poldersoort ligt het verst onder N.A.P?

1. Veenpolder
2. Zeepolder
3. Meerpolder
4. Droogmakerij

7.

Hoe veel meter diep ligt een gemiddelde droogmakerij?

7. Hoe veel meter diep ligt een gemiddelde droogmakerij?

1. 1 meter
2. 2 meter
3. 4 meter
4. 10 meter

8. Waar of niet waar: grondwater en oppervlakte water zijn twee totaal verschillende soorten water.

1. Waar
2. Niet waar

9.

Een droogmakerij kan je herkennen aan:

9. Een droogmakerij kan je herkennen aan:

1. Kronkelende slootjes
2. Rechte lijnen in het landschap
3. Aan de dijken
4. Dat kan je niet herkennen

10.

In de duinen zit een grote bel zoet water die het zoute zeewater tegenhoudt. Dit heet de ... ?

In de duinen zit een grote bel zoet water die het zoute zeewater tegenhoudt. Dit heet de ... ?

1. Duinwaterzak
2. Zoetwaterbel
3. Zoetwaterzak
4. Duinwaterbel

11.

Waar wordt het drinkwater in Amsterdam vandaan gehaald?

11. Waar wordt het drinkwater in Amsterdam vandaan gehaald?

1. Oppervlaktewater
2. Rivierwater
3. Grondwater
4. Duinwater

12.

Waarvoor wordt, in Nederland, het meeste water gebruikt?

12. Waarvoor wordt, in Nederland, het meeste water gebruikt?

1. Huishoudens
2. Industrie
3. Diensten
4. Landbouw

13.

Het te zout worden van een bodem door verkeerde irrigatie of verdamping noem je ... ?

13. Het te zout worden van een bodem door verkeerde irrigatie of verdamping noem je ... ?

1. Uitdroging
2. Verzouting
3. Verzilting
4. Verzoeting

14.

Wat is een waterschap?

14. Wat is een waterschap?

1. Daar staat de spa blauw in de supermarkt.
2. Een schep om water mee te scheppen uit een polder.
3. Waternet.
4. Organisatie die zorgt voor het water.

15.

Wat is géén taak van de waterschappen?

15. Wat is géén taak van de waterschappen?

1. Zorgen voor een goede waterkwaliteit (schoon water).
2. Zorgen voor voldoende waterkwantiteit (hoeveelheid).
3. Beschermen tegen overstromingen (dijken, duinen, stuwen).
4. Het begaanbaar houden van snelwegen.

16.

Hoe noem je het als je een extra rivier naast een bestaande rivier aanlegt, om zo meer ruimte te geven aan het water?

16. Hoe noem je het als je een extra rivier naast een bestaande rivier aanlegt, om zo meer ruimte te geven aan het water?

1. Broedergeul
2. Zustergeul
3. Nevengeul
4. Zijrivier

17.

Het hoger (en dus breder) maken van een dijk noemt men ... ?

17. Het hoger (en dus breder) maken van een dijk noemt men ... ?

1. Dijkverhoging (duh!)
2. Dijkverbreding
3. Dijkverlegging
4. Dijkverzwaring

18.

Vanaf de jaren '90 worden er miljarden besteed aan het project "Ruimte voor de rivier", waarom?

18. Vanaf de jaren '90 worden er miljarden besteed aan het project "Ruimte voor de rivier", waarom?

1. Om meer drinkwater te krijgen
2. Om afvalwater beter te zuiveren
3. Tegen verzilting
4. Tegen overstromingen