Geschiedenis 1.3

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen hoe Spanje grote delen van Amerika weet te veroveren.
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen hoe Spanje grote delen van Amerika weet te veroveren.

Slide 1 - Slide

Spanje volgt Portugal
  • 1492: de Reconquista wordt voltooid, dit is de oorlog tegen de islamieten op het iberisch schiereiland. 
  • De Spanjaarden willen nu de Portugezen gaan volgen.
  • Spanje geeft Columbus de opdracht een nieuwe route naar Indië te ontdekken, via het westen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Christoffel Columbus
  • Zeeroute ontdekken naar Indie die naar het westen ging. 
  •  De cartograaf Toscanelli zegt: "Het kan!" 
  • Aan boord van de Santa Maria: wie zijn er allemaal mee? => O. a. een navigator, tolk, kok, bottelier, dokter, wapenmeester en edelsmid. 
  •  In oktober land in zicht. 

Slide 5 - Slide

Columbus' succes
  • 3 augustus 1492: Columbus vertrekt met drie schepen richting Indië
  • 12 oktober 1492: Columbus gaat aan wal in, wat hij denkt, Indië.
  • Bevolking wordt Indianen genoemd, het gebied San Salvador.

  • Eind 1492 vaart Columbus terug met nieuws over zijn overtocht.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Conquistadores
  • Na de ontdekking van Columbus staken Spaanse avonturiers massaal de Atlantische Oceaan over.
  • Deze gelukzoekers noem je Conquistadores > veroveraars.
  • Trokken de nieuwe wereld in, veroverde grote gebieden in naam van Spanje.
  • Conquistadores wisten vrij makkelijk te winnen > zwaarden, helmen, harnassen en vuurwapens.

Slide 8 - Slide

Conquistadores
Azteken
Inca's 

Slide 9 - Slide

Hoe versloegen de conquistadores de inheemse bevolking in Midden-, Zuid-Amerika?

  • Ze hadden betere wapens en  oorlogstechnieken, zoals ijzeren zwaarden, helmen en harnassen, vuurwapens, paarden. 
  • Ze sloten met inheemse volken die door de Azteken, Maya's of Inca's werden onderdrukt bondgenootschappen om deze volken te verslaan.

Slide 10 - Slide

Azteken
  • Rond 1500 wonen er al veel verschillende volkeren in Amerika.
  • In tegenwoordig Mexico: de Azteken.
  • Toen de Spanjaarden verschenen was dit volk op zijn machtigst.

  • Spanjaarden onder de indruk van hun steden.
  • Veel handel tussen de Azteken en Spanjaarden.

Slide 11 - Slide

  • 1519: Azteken kwamen in contact met Hernán Cortés.
  • Hij wilde het gebied van de Azteken veroveren voor Spanje.
  • Deed dit op een slimme manier > hij werd gezien als een God door de Azteken.
  • Hij mocht met zijn leger naar de hoofdstad komen, vanwaaruit hij het Azteekse rijk vernietigde.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Inca's
  • Ander groot Indiaans rijk: de Inca's in tegenwoordig Chili.
  • Inca's hadden al lange verharde wegen voor handel en het leger.
  • Geloofde in het leven na de dood.

Slide 14 - Slide

Pizarro overwint het Incarijk
  • 1526: de Inca's komen in contact met Francesco Pizarro.
  • Spanjaarden zagen dat de Inca's 'rijk' waren > zilver, goud, sieraden, edelstenen.

  • Pizarro wilde het gebied van de Inca's graag veroveren.
  • Ontmoeting met de leider, wordt gevangen genomen en uiteindelijk gedood.
  • Zonder leiderschap makkelijk de Inca's te verslaan.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Verdrag van Tordesillas ( 1498) 

Onder leiding van de paus werd de wereld buiten Europa verdeeld tussen Spanje en Potugal.  

Alles ten westen van gele lijn (groene gebied) was bezit van Spanje. 

Alles ten oosten van de gele
lijn (licht groene gebied) was
 bezit van Portugal. 

Slide 18 - Slide

Met Magelhães de wereld rond.
  • In 1494 maken Spanje en Portugal afspraken: het Verdrag van Tordesillas.
  • Zij verdeelde de wereld in tweeën: alles ten westen van de Kaapverdische eilanden was voor Spanje, alles ten Oosten voor Portugal.
  • Na de ontdekking van de Molukken twijfel: zouden we toch de wereld rondkunnen?

Slide 19 - Slide