Vraag = Noem het standpunt van de schrijver. Geef antwoord in een of meer volledige zinnen en gebruik voor je antwoord niet meer dan 10 woorden.
Jouw antwoord = Te veel dierenjournalistiek in kranten.
A
Goed
B
Fout
Slide 10 - Quiz
Geef antwoord in een of meer volledige zinnen.
Een volledige zin heeft:
- een onderwerp
- een persoonsvorm
- een hoofdletter
- een punt/vraagteken/uitroepteken
Te veel dierenjournalistiek in kranten.
In kranten staatte veel dierenjournalistiek.
Slide 11 - Slide
Vraag = Citeer het woord uit de alinea’s 8 tot en met 11 waarin het oordeel over deze opvatting het best naar voren komt.
Jouw antwoord = 'de malligheid' (r. 87)
A
goed
B
fout
Slide 12 - Quiz
Vraag = Noem het argument van de schrijver. Geef antwoord in een of meer volledige zinnen en gebruik voor je antwoord niet meer dan 10 woorden.
Jouw antwoord = Zelfs Trouw, de Volkskrant en NRC Handelsblad beoefenen sinds het begin van deze eeuw inmiddels dierenjournalistiek.
A
Goed
B
Fout
Slide 13 - Quiz
Vraag = In tekst 2 staat een reactie op een vergelijkbare uitspraak. Citeer het zinsgedeelte uit tekst 2 waarin die reactie staat.
Jouw antwoord = “Het gaat hier niet om de voorwaarden, het gaat hier om het principe." r. 5-7
A
Goed
B
Fout
Slide 14 - Quiz
Lees precies
1. Moet je formuleren, noteren of citeren?
2. WAT moet je opschrijven?
- een woord
- een zinsgedeelte
- een zin
- de zinnen
3. Houd je aan het maximaal aantal woorden!
Slide 15 - Slide
Vraag = Tekst 1 en tekst 2 verschillen met betrekking tot de aandacht voor dieren die er volgens de teksten is. Beschrijf dat verschil in aandacht. Geef antwoord in een of meer volledige zinnen en gebruik voor je antwoord niet meer dan 30 woorden.
Welk antwoord is goed?
A
Tekst 1 gaat over een teveel aan aandacht voor dieren en tekst 2 gaat over een tekort aan aandacht voor proefdieren.
B
De ene tekst gaat over een teveel aan aandacht voor dieren en de andere tekst gaat over een tekort aan aandacht voor proefdieren.
C
Tekst 1 gaat over een teveel aan aandacht voor dieren.
D
Tekst 1: teveel aan aandacht voor dieren. Tekst 2: tekort aan aandacht voor proefdieren.
Slide 16 - Quiz
Noteer het verschil...
Noem altijd twee dingen.
Voorbeeld vraag: Noem het verschil tussen jongens en meisjes.
Voorbeeld fout antwoord: Jongens hebben gemiddeld veel meer rijlessen nodig.
Voorbeeld goed antwoord: Jongens hebben gemiddeld 40 rijlessen nodig, terwijl meisjes vaak al aan 36 rijlessen genoeg hebben.
Slide 17 - Slide
Tip
Vraag = Hoe komt het dat we jaloers zijn op onze eigen identiteit?
Antwoord = ‘We zijn jaloers op onze eigen identiteit, omdat…’
Zo vorm je bijna altijd een grammaticaal correcte zin!
Slide 18 - Slide
IS heeft beschikking over een reserve leger in West-Europa.
De huidige vertrouwens crisis.
Je doet daar om heen ook andere taken.
over gekwalificeerd
de overheid besteedt teveel aandacht aan zorg.
Goed
Fout
Slide 19 - Drag question
Aan elkaar of los?
reserve leger reserveleger
vertrouwens crisis vertrouwenscrisis
daar om heen daaromheen
over gekwalificeerd overgekwalificeerd
teveel te veel (te weinig / te groot / te klein / etc.)