This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Mens en Milieu
Thema 6 basisstof 6
Slide 1 - Slide
Planning
Terugkijken naar vorige les
Leerdoelen vandaag
Uitleg basisstof 6: Duurzaam
Maken opdrachten
Klassikaal afsluiten
Slide 2 - Slide
Vorige les
Begrippen
Uitputting
Vervuiling (Lucht, bodem & water)
Slide 3 - Slide
Wat zijn voorbeelden van lucht, bodem en water-vervuiling?
Slide 4 - Open question
Vervuiling
Verbrandingsgassen komen in de lucht = luchtvervuiling.
Stoffen komen in de bodem terecht (giffen en chemicaliën) = bodemvervuiling.
Soms komen (giftige) stoffen ook terecht in het water = watervervuiling.
Slide 5 - Slide
Vorige les
Begrippen
Uitputting
Vervuiling (Lucht, bodem & water)
Broeikas effect & VERSTERKT broeikaseffect
Slide 6 - Slide
Broeikaseffect
Door uitstoot van koolstofdioxide en waterdamp ontstaat er een soort 'deken' over de Aarde.
De warmte die instraalt kan moeilijker weg.
Hierdoor opwarming.
Vergelijkbaar met een kas ==> broeikaseffect.
Slide 7 - Slide
broeikaseffect
Versterkt broeikaseffect
Slide 8 - Slide
Wat is een gevolg van het VERSTERKTE broeikaseffect?
Slide 9 - Open question
Gevolgen
Nieuwe plantensoorten komen voor, maar oude verdwijnen.
Jaarritme is aan het veranderen. Bomen krijgen vroeger bladeren waardoor rupsen eerder zijn. Als de eieren van de koolmees uitkomen, hebben de jongen geen eten omdat de rupsen dan weer weg zijn.
Slide 10 - Slide
Gevolgen broeikaseffect
Stijging gemiddelde temperatuur
Stijging zeespiegel, door smelten van ijs
klimaatverandering, andere/extremere weertypen
Slide 11 - Slide
Opdrachten vorige les
Thema 6 basissstof 5
Opdrachten 1,2 en 3 + 6, 7 en 8
Zijn ze gelukt??
Slide 12 - Slide
Opdracht A
In het verleden zijn op veel plaatsen giftige stoffen in de bodem gekomen. Planten nemen deze stoffen op via de wortels.
Leg uit waardoor in het lichaam van vleeseters meer gifstoffen voorkomen dan in het lichaam van planteneters.
Slide 13 - Slide
Opdracht B
Bij de verbranding van fossiele brandstoffen komt energie vrij.
A. Leg uit dat deze energie eigenlijk afkomstig is van de zon.
B. Leg uit dat de uitstoot van koolstofdioxide kan worden gecompenseerd (‘goedgemaakt’) door het aanplanten van bomen.
Slide 14 - Slide
Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen wat duurzaamheid is.
2. Je kunt aangeven wat duurzame oplossingen voor milieuproblemen in Nederland kunnen zijn.
Slide 15 - Slide
Wat is duurzaamheid denk je?
Slide 16 - Open question
Duurzaamheid
Zorgen dat het milieu geen schade ondervindt van onze activiteiten.
Niet meer stoffenuit het milieu halen dan het milieu kan aanvullen.
Niet meer stoffen toevoegen aan het milieu dan het milieu kan verwerken.
Er zijn verschillende oplossingen om duurzaam te leven.
Slide 17 - Slide
Kan jij een oplossing bedenken?
Slide 18 - Open question
OPL 1: Duurzame energie
Veroorzaakt geen milieuvervuiling en raakt niet op.
Bijvoorbeeld: energie uit biomassa, windenergie, zonne-energie, waterkrachtcentrales, ...
Zo komen er minder schadelijke stoffen in het milieu en verlagen we de uitstoot van koolstofdioxide.
Slide 19 - Slide
Zonnepanelen
Slide 20 - Slide
Zonneboiler
Slide 21 - Slide
OPL 2: Duurzame grondstoffen
Oude grondstoffen opnieuw gebruiken door hergebruik en recycling.
Minder grondstoffen gebruiken.
Hergebruik
Spullen opnieuw gebruiken. Bv. kledij of statiegeldflessen.
Recycling
Bv. glas, papier, metalen, batterijen, ...
Minder grondstoffen
een apparaat laten repareren als het kapot is, in plaats van een nieuw apparaat te kopen;
minder kleding kopen en vaker tweedehands kleding kopen;
spullen langer gebruiken voor je ze weggooit of vervangt.
Slide 22 - Slide
OPL 3: Duurzame landbouw
Landbouw zo organiseren dat het de Aarde niet uitput of vervuilt. Dit kan door precisielandbouw of kringlooplandbouw.
Precisielandbouw
Je geeft planten precies wat ze nodig hebben. Deze technieken worden gestuurd door drones, robots, computers, ...
Zo zijn minder energie en grondstoffen nodig.
Kringlooplandbouw
Er gaan geen stoffen verloren. Afvalstoffen worden opnieuw gebruikt als bv. voedsel voor de bodem of voor dieren. Ze gaan zuinig om met grondstoffen en ze zorgen voor zo min mogelijk vervuiling en uitputting.
Slide 23 - Slide
Precisielandbouw
Slide 24 - Slide
OPL 4: Minder vervuiling
Bedrijven moeten hun afvalwater eerst zelf zuiveren.
Auto's hebben betere motoren.
Op deze manier gaan we zelf vervuiling tegen.
Zelf kan je ook veel betekenen: meer fietsen, OV, geen vuurwerk, verwarming lager, dikkere trui dragen, ...
Slide 25 - Slide
OPL 5: Minder BKG
Minder gebruik maken van fossiele brandstoffen. Hierdoor wordt de uitstoot van broeikasgas teruggedrongen.
Kijk naar de energielabels op toestellen / auto's.
Slide 26 - Slide
energielabels woningen
Slide 27 - Slide
Energielabel auto
Slide 28 - Slide
energie die geen milieuvervuiling veroorzaakt en niet opraakt
afval van planten en dieren
een voorwerp opnieuw gebruiken
technologie gebruiken om planten heel precies te geven wat ze nodig hebben
duurzaam omgaan met natuurlijke hulpbronnen
duurzame energie
biomassa
Hergebruik
Precisie-landbouw
kringloop-landbouw
Recycling
Slide 29 - Drag question
Maak zelf duurzame keuzes
Vul maar in... Wat kan je doen?
Slide 30 - Slide
Duurzame keuzes
Dit zijn voorbeelden van duurzame keuzes voor de natuur. Welke logo's herken jij?
Slide 31 - Slide
Opdrachten
Thema 6 basisstof 6
Opdrachten 1, 2, 6, 7 en 9
Klassikaal afsluiten om.......
Volgende week: Oefenen met thema 6 & plannen wanneer een goed moment is voor een toets.