Spelling - H2.8

Spelling - H2.8
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Spelling - H2.8

Slide 1 - Slide

Doelen
In deze paragraaf leer je:
• hoe je een komma gebruikt;
• acht dicteewoorden.



Slide 2 - Slide

Vul op de juiste plek hoofdletters en leestekens in:
joas en jeroen spelen voetbal op straat

Slide 3 - Open question

Vul op de juiste plek hoofdletters en leestekens in:
wat eten we vandaag

Slide 4 - Open question

De komma
De komma is een leesteken dat in een zin staat. De komma is een korte pauze in een zin. Je gebruikt een komma:

Slide 5 - Slide

De komma (KGT)
De komma staat niet aan het eind van een zin, zoals de punt, het vraagteken en het uitroepteken, maar in een zin.
Naast de opsommingen en de voegwoorden, gebruik je ook een komma:

Slide 6 - Slide

Plaats de komma op de juiste plek:
Melvin heeft 2 cavia's een kat en een vis.

Slide 7 - Open question

Plaats de komma op de juiste plek:
We hoeven niet naar school want het is weekend.

Slide 8 - Open question

Dicteewoorden

Slide 9 - Slide

Dicteewoorden (KGT)

Slide 10 - Slide

Maken Spelling 2.8
 opdr. 8, 9 en 11
dictee opdr. 10
timer
10:00
Klaar?
  • Versterk jezelf spelling algemeen
  • Test jezelf 2.8 
  • huiswerk maken
  • lezen eigen boek

Slide 11 - Slide

Maken Spelling 2.8 (KGT)
 opdr. 7 t/m 10
dictee opdr. 13
timer
10:00
Klaar?
  • Versterk jezelf spelling algemeen
  • Test jezelf 2.8 
  • huiswerk maken
  • lezen eigen boek

Slide 12 - Slide