Overal NaSk 5.2 Verbranding

5.2 Verbranding
1 / 14
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

5.2 Verbranding

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
  • het reactieschema van een chemische reactie opstellen;
  • het verschil tussen een volledige en onvolledige verbranding aangeven;
  • de mogelijke reactieproducten bij de verbranding van fossiele brandstoffen noemen;
  • uitleggen hoe het broeikaseffect werkt.

Slide 2 - Slide

Verbrandingsreactie
Van een chemische reactie kun je een reactieschema opstellen:

Beginstoffen --> Reactieproducenten




Slide 3 - Slide

Verbrandingsreactie
Van een chemische reactie kun je een reactieschema opstellen:



Aardgas + zuurstof -> koolstofdioxide + waterdamp


Slide 4 - Slide

Volledige verbanding


Aardgas + zuurstof -> koolstofdioxide + water

Slide 5 - Slide

Onvolledige verbranding


brandstof + zuurstof ---> koolstofmonoxide + water + roet

Slide 6 - Slide

Koolstofdioxide aantonen
Practicum 2

Slide 7 - Slide

Opdrachten maken
Wat: Opdracht 16 t/m 22
Hoe: Zachtjes overleggen
Hulp: Buurman/vrouw of docent
Tijd: 


Klaar?: Nakijken 
timer
10:00

Slide 8 - Slide

Volledige reactie
Onvolledige verbranding
Kleur vlam: Blauw
Kleur vlam: Geel
Beginstoffen: Brandstof en zuurstof
Beginstoffen: Brandstof en te weinig zuurstof
Eindstoffen: koolstofdioxide en water
Eindstoffen: koolstofmonoxide en water

Slide 9 - Drag question

Branddriehoek
1.    Er moet een brandstof aanwezig zijn.
2.   De temperatuur van de brandstof moet hoger 
       zijn dan de ontbrandingstemperatuur.
3.   Er moet voldoende zuurstof aanwezig zijn. 

Brand moet voldoen aan deze drie 
voorwaarden.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Noem zo veel mogelijk manieren om een brand te blussen.

Slide 12 - Open question

Brand blussen

Slide 13 - Slide

Opdrachten maken
Waar? Bladzijde 15 t/m 23
Wat? 
K: 16 t/m 19, 23 t/m 26, 29 t/m 32 en 34
T: 16, 17, 19 t/m 23, 25 t/m 30 en 32 t/m 35
Hoe? In je werkboek
Klaar? Nakijken met het nakijkboekje, deze staat in de jaarbijlage. 
timer
1:00

Slide 14 - Slide