Hoofdstuk 4.2

Welkom bij Nask

Klas 1

Hoofdstuk 4 - Geluid
1 / 31
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom bij Nask

Klas 1

Hoofdstuk 4 - Geluid

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde kun je antwoord geven op deze vragen:

- Hoe hard klinkt geluid?
- Hoe meet je de geluidssterkte?

- Wanneer loop je kans op gehoorschade?
- Hoe verminder je geluidsoverlast?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Opdracht 7: Tamboerijn

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

wat is geluid?
A
een luchtje
B
een trilling
C
een snaar
D
een drum

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noem je de lucht waardoor geluid zich verplaatst van een geluid-bron naar je oor?
A
geleider
B
isolator
C
trillende stof
D
tussenstof

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Bij het plaatsje Wales in Engeland zwemmen vele dolfijnen. Dolfijnen praten onderling ook met elkaar. Door welke tussenstof verplaatst het geluid zich dan?
A
Vast
B
Gas
C
Vloeistof

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

In films over het wilde westen zie je soms dat iemand zijn oor op de rails legt om een trein aan te kunnen horen komen. Door welke tussenstof verplaatst het geluid zich?
A
Lucht
B
Water
C
Staal
D
Beton

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noem je dit onderdeel van een speaker?
A
Box
B
Beat
C
Conus
D
luidspreker

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat doet de klankkast
met het geluid van een
instrument?
A
verzwakken
B
hoger maken
C
lager maken
D
versterken

Slide 10 - Quiz

De klankkast, is een ombouwing van een instrument. Dit is vaak van hout gemaakt. 

De klankkast zorgt ervoor dat het geluid dat je hoort wordt versterkt. Hierdoor gaat het harder klinken. 
5 minuten!
Leg (om de beurt) de kaartjes links en rechts 
van zacht naar hard
leg de woorden neer en trek lijnen naar de grenzen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Grenzen

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Je mag 2 keer spieken.
timer
7:00

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Hoe hard klinkt geluid?
Geluidssterkte noem je 
vaak het volume.

De geluidssterkte meet 
je in decibel (dB).

Geluidssterkte meet je met een decibelmeter.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Hoe meet je de geluidssterkte?
1. Richt de decibelmeter op de geluidsbron
2. Houd de decibelmeter op 1 meter van de geluidsbron.
3. Lees de meter af. Zet achter je getal altijd dB.



Decibel-app

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Gehoorschade
140 dB = pijngrens
Je krijgt direct gehoorschade

Boven de 90 dB kan je gehoor 
langzaam beschadigen als je er
vaak naar luistert.  

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Video

This item has no instructions

Waarom meet je geluidssterkte?
1. Overlast van opgevoerde scooter's/auto's.

2. Overlast voor omwonende van een vliegveld.

3. Gehoorschade aan je eigen oren.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Hoe verminder je geluidsoverlast?
Geluidsbron verminderen      - Geluid terugkaatsen                 - Geluid isoleren

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Video

This item has no instructions

Aan de slag
Opdracht voor deze les:

- Vragen LessonUp maken
- Video bekijken

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Waarmee meet je de geluidssterkte?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Waarom is het handig om de geluidssterkte te meten?

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Wanneer krijg je direct gehoorschade?
A
90 dB
B
60 dB
C
30 dB
D
140 dB

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer kun je gehoorschade krijgen als je er lang en vaak naar luistert?
A
90 dB
B
60 dB
C
30 dB
D
140 dB

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Waarom hebben artiesten altijd oordoppen in op het podium?
A
Dan hebben ze geen last van gillend publiek
B
Dan krijgen ze geen hoofdpijn
C
Dan krijgen ze minder snel gehoorschade
D
Dan kunnen ze zich beter concentreren

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel decibel is er tijdens een normaal gesprek?
A
0 dB
B
30 dB
C
60 dB
D
80 dB

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel decibel is een nitraat?
A
150 dB
B
120 dB
C
100 dB
D
80 dB

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Hoe merk je het als je zelf gehoorschade hebt?

Slide 30 - Open question

This item has no instructions

Noem 2 manieren hoe je geluidsoverlast kan verminderen.

Slide 31 - Open question

This item has no instructions