6.2 De zeespiegel stijgt

Lesdoel(en)
Aan het einde van de les kan je:
de invloed van de natuurkrachten water en wind tijdens het Holoceen op de vorming van het Nederlandse landschap beschrijven


1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Lesdoel(en)
Aan het einde van de les kan je:
de invloed van de natuurkrachten water en wind tijdens het Holoceen op de vorming van het Nederlandse landschap beschrijven


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hoe is het landschap in NL ontstaan?
Van pleistoceen 

naar holoceen
6.1
6.2

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Zeespiegel stijging

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Zeespiegelstijging
  • 5 m 
  • Voor de NLse kust
  • Bodemdaling in NL  

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Steil
Minder steil
Steil = snelle stijging


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Zeespiegelstijging
Waarom nu minder snelle stijging?
  • er is minder smeltend ijs (is al gesmolten)
  • de bodem daalt niet meer zo snel 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Waarom stijgt de zeespiegel?
Absolute zeespiegelstijging             Relatieve zeespiegelstijging

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Stijgende zeespiegel

  1. Warm water zet uit; (wordt groter)
  2. Smelten van (pleistocene) landijs;
  3. Bodemdaling (veen inklinking)
  4. Bodemdaling (herstel isostatisch evenwicht)

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Inklinking van veengronden
Ophoping van plantenmateriaal
Ziet dit er stevig uit?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Holocene processen
Periode van transgressie 

Landschappen ontstaan:
1. duinen
2. veenmoerassen
Transgressie
invloed van de zee neemt toe. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

W
WAT GEEFT DE KAART WEER (LEGENDA)?
A
Algemene patroon?
WAAR VEEL? WAAR WEINIG? GEBRUIK SPREIDINGSWOORDEN
U
Uitzonderingen
WELKE GEBIEDEN VALLEN BUITEN HET ALGEMENE PATROON?
W
Windrichtingen. 
BESCHRIJF MET BEHULP VAN WINDRICHTINGEN (EN TOPONIEMEN)

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Overstroom jij?
Ga naar de website en check hoe hoog het water bij jou in de buurt kan komen...

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Afsluitende foto
Wat zie je?
Waar komt het voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 

Slide 13 - Slide

Beschrijving van de afsluitende foto
Wat betekent de afkorting "NAP"?
A
Nieuw Amsterdams Polder
B
Nieuw Amsterdams Peil
C
Normaal Amsterdams Polder
D
Normaal Amsterdams Peil

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen absolute en relatieve zeespiegelstijging?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

In welke periode warmde het klimaat op?
A
Pleistoceen
B
Holoceen

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

In wat voor een gebied ontstaat veen?
A
Zandgrond
B
Kleigrond
C
Moeras
D
Zoutvlakte

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Sleep het begrip naar de juiste definitie!
Grondsoort die bestaat uit (half) vergane plantenresten
De combinatie van stijgen van zee + effect van bodemdaling
Periode waarin de invloed van de zee toeneemt
Veen
transgressie
Relatieve zeespiegelstijging

Slide 18 - Drag question

This item has no instructions

Op de afbeelding is transgressie te zien tussen afbeelding B en C
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Een periode waarin de invloed van de zee toeneemt noemen we?
A
Regressie
B
Transgressie

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Welk materialen werd er tijdens het Weichselien neergelegd?
A
Dekzand
B
Löss
C
Veen
D
Klei

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Noem een maatregel die we hebben genomen om ons te beschermen tegen de zee

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Atlaskaarten

Slide 23 - Slide

This item has no instructions