LES 1 t/m 6 - Een gedragsaanwijzing schrijven (De 10 geboden)



Les 1
 doel, doelgroep en tekstkenmerken
1 / 35
next
Slide 1: Slide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 5-8

This lesson contains 35 slides, with text slides.

Introduction

Digibordles

Items in this lesson



Les 1
 doel, doelgroep en tekstkenmerken

Slide 1 - Slide

Onderwijs over de tekstkenmerken.
Ik ga een gedragsaanwijzing schrijven.

Dit ga ik leren.

Slide 2 - Slide

Een gebod is een regel/bevel die nagekomen dient te worden.

Slide 3 - Slide

Je kan bijvoorbeeld een gedragsaanwijzing schrijver over:
  • hoe iemand met jou moet omgaan
  • hoe de klas met elkaar om moet gaan
  • hoe er in een ziekenhuis met elkaar moet worden omgegaan
  • hoe buren met elkaar om moeten gaan...

Schrijf het in de vorm van 'De 10 geboden'.
Met het belangrijkste gebod bovenaan (het 1e gebod) en het minst belangrijkste gebod onderaan (het 10e gebod).

Schrijf het in gebiedende wijs.
Een zin zonder onderwerp en het werkwoord vooraan.
Wat gaan we schrijven?
Verroer je niet!

Slide 4 - Slide

We gaan schrijven! Aan welke woorden denk jij?
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Orden de informatie!
Het is duidelijk voor wie of wat de gedragsaanwijzing is.
De waarde van de 10 geboden loopt af en dit is duidelijk voor de lezer/gebruiker.
De geboden zijn helder, compact en in de gebiedende wijs opgeschreven.
De geboden zijn uitvoerbaar.
....

Slide 6 - Slide

De volgende les schrijven we 
een eerste versie van onze 10 geboden!

Slide 7 - Slide

Les 2 
 Eerste versie

Slide 8 - Slide

   
We schrijven de eerste versie van onze 10 geboden.
Dit ga ik leren.

Slide 9 - Slide

Pak je aantekeningen en post-its erbij!

Slide 10 - Slide

Zo schrijf ik een gebod.
Een gebod is een regel/bevel die nagekomen dient te worden. 
De zin moet dus in de gebiedende wijs opgeschreven worden.
  • Ik wil met deze zin/ dit gebod zeggen…/ vertellen dat…
  • Dus ik schrijf: ...
  • Heb ik het in de gebiedende wijs opgeschreven? Ik stel bij door...
  • Heb ik nu gezegd wat ik wilde schrijven? Ik stel bij door...
  • Ik moet er nog bij schrijven want dan wordt het duidelijker/ logischer/ compacter/ beter uitvoerbaar/ ...
  • Mijn zin/ gebod is nu: ... (schrijf op het bord).
De leerkracht doet een zin voor.

Slide 11 - Slide

  • Ik wil zeggen…
  • Dus ik schrijf…
  • Begrijpt mijn doelgroep dit?
  • Zeg ik wat ik wilde zeggen?
  • Is het logisch/ duidelijk genoeg?
  • Staat het in gebiedende wijs?
Nu jullie!
Schrijf de zinnen met je schoudermaatje.

Slide 12 - Slide

De eerste versie schrijven.
Het is duidelijk voor wie of wat de gedragsaanwijzing is.
De waarde van de 10 geboden loopt af en dit is duidelijk voor de lezer/gebruiker.
De geboden zijn helder, compact en in de gebiedende wijs opgeschreven.
De geboden zijn uitvoerbaar.
....
Ik wil zeggen…
Dus ik schrijf…
Begrijpt mijn doelgroep dit?
Zeg ik wat ik wilde zeggen?
Is het logisch/ duidelijk genoeg?
Staat het in gebiedende wijs?
LET OP! Het hoeft nog niet perfect te zijn!  Het is een eerste versie.

Slide 13 - Slide

Heb je goed gewerkt? 
Ben je tevreden? Waarom? 

De volgende les gaan we feedback geven en krijgen!

Slide 14 - Slide

Les 3 
Feedback geven en krijgen

Slide 15 - Slide

Ik geef feedback op de tekst.
Ik krijg feedback op de tekst.
Dit gaan we vandaag doen.

Slide 16 - Slide

TIP! Het is heel handig om feedback te krijgen op iets wat je nog moeilijk vindt.
Waar wil jij graag feedback op?
Bijvoorbeeld:
Is de doelgroep duidelijk?
Is de volgorde van de geboden logisch?
Is de zin in gebiedende wijs opgeschreven?

Slide 17 - Slide

Ik lees de tekst en ga na:
Begrijp ik het?
Begrijpt de doelgroep dit?
Lees ik het graag? (logisch/ duidelijk/ compact genoeg...?)
Waar wil de schrijver feedback op?
Wat vind ik van dat aspect in deze tekst?
Wat is er goed aan?
Wat zou ik anders doen?
Ik verwoord mijn feedback vriendelijk en duidelijk zodat
de ander er iets mee kan.
Ik doe een voorstel voor verandering.
Zo geef ik stap voor stap goede feedback.

Slide 18 - Slide

Bekijk de eerste versie van een maatje en geef stap voor stap feedback.
LET OP! Vraag aan je maatje waarop feedback gegeven moet worden.

Slide 19 - Slide



Welke feedback heb jij gegeven? 
Hoe heb je het verwoord? 

Wat vond jij (ontvanger) van de feedback? Kun je er iets mee?

Hoe ging het geven en ontvangen van feedback?

Slide 20 - Slide

Les 4 
Herschrijven van je 10 geboden

Slide 21 - Slide

Aan het eind van de les heb ik mijn 10 geboden 
herschreven.
Dit ga ik leren.

Slide 22 - Slide

Zo verwerk je de gegeven feedback.
Handig! Nadat jullie de feedback verwerkt hebben, kunnen jullie aan jullie maatjes vragen of de tekst beter geworden is.
Ik doe het even voor:
  • Ik kreeg de feedback...
  • Ik heb geschreven...
  • Dus ik wil meer/ minder/ anders/ duidelijker/...
  • Ik schrijf daarom..
  • Is het nu beter vind ik?
  • Ik vraag eventueel de leerling die feedback gaf wat die ervan vindt: is dit beter vind je?

Slide 23 - Slide

Als je de feedback snel verwerkt hebt, kun je alvast kijken naar spelling en interpunctie.
Neem de tijd! En lees je 10 geboden nog eens goed door.
Tijd om te herschrijven!

Slide 24 - Slide

Hoe ging het?
Hoe vonden jullie het om de feedback te verwerken?

Op welke zin of gebod ben je trots?

Slide 25 - Slide

Les 5 
De definitieve versie schrijven

Slide 26 - Slide

Ik pas, wanneer nodig, de spelling en interpunctie aan.
Ik ga de definitieve versie van mijn 10 geboden schrijven.
Dit ga ik leren.

Slide 27 - Slide

De leerkracht doet het voor!
Ik ga de tekst lezen en let vooral op: interpunctie/ spelling.
Ik lees en denk: klopt dit?
Als het niet klopt pas ik de geleerde spellingregels toe en ga na of er goed geschreven is.
Als het niet klopt denk ik na over de interpunctie, welke regels pas ik toe?
Maak de zin kloppend.

Slide 28 - Slide

Controleer je 10 geboden en schrijf het daarna in het net. 

Slide 29 - Slide

Les 6
Je 1e gebod voordragen

Slide 30 - Slide

Aan het einde van de les presenteer ik mijn belangrijkste gebod.

Ik ben verstaanbaar in de hele klas.
Ik spreek op een volgbaar tempo.
Dit gaan we doen.

Slide 31 - Slide

Voor wie heb je een gedragsaanwijzing geschreven?
En waarom heb je daarvoor gekozen?
Wat is je belangrijkste gebod?

Slide 32 - Slide

Oefenen maar!

Je krijgt 10 minuten de tijd om je presentatie voor te bereiden.
Oefentijd!

timer
10:00
Dit doe je met een maatje zodat je elkaar tijdens het oefenen om feedback kan vragen.

Slide 33 - Slide

Kun jij je medeleerling op een prettige manier feedback geven?
Tijd voor de presentaties!

Slide 34 - Slide

Tot de volgende keer!

Slide 35 - Slide